Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. gelegen:
  2. liggen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gelegen (Nederlands) in het Duits

gelegen:

gelegen bijvoeglijk naamwoord

  1. gelegen (van pas)
    passend
  2. gelegen (gesitueerd; liggend)
    situiert; gestellt

Vertaal Matrix voor gelegen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
passend precies passend maken
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gestellt gelegen; gesitueerd; liggend
passend gelegen; van pas adequaat; afgepast; behoorlijke; correct; gemeten; gepast; gepaste; geschikt; geëigend; juist; juiste; keurig; netjes; passend; passende; redelijke; tamelijke; toepasbaar
situiert gelegen; gesitueerd; liggend gevestigd; gezeten

Verwante woorden van "gelegen":


Wiktionary: gelegen


Cross Translation:
FromToVia
gelegen liegen bear — be in a specific direction
gelegen gelegen lain — situated horizontally

liggen:

liggen werkwoord (lig, ligt, lag, lagen, gelegen)

  1. liggen (gelegen zijn)
    liegen
    • liegen werkwoord (liege, liegst, liegt, liegte, liegtet, geliegen)

Conjugations for liggen:

o.t.t.
  1. lig
  2. ligt
  3. ligt
  4. liggen
  5. liggen
  6. liggen
o.v.t.
  1. lag
  2. lag
  3. lag
  4. lagen
  5. lagen
  6. lagen
v.t.t.
  1. heb gelegen
  2. hebt gelegen
  3. heeft gelegen
  4. hebben gelegen
  5. hebben gelegen
  6. hebben gelegen
v.v.t.
  1. had gelegen
  2. had gelegen
  3. had gelegen
  4. hadden gelegen
  5. hadden gelegen
  6. hadden gelegen
o.t.t.t.
  1. zal liggen
  2. zult liggen
  3. zal liggen
  4. zullen liggen
  5. zullen liggen
  6. zullen liggen
o.v.t.t.
  1. zou liggen
  2. zou liggen
  3. zou liggen
  4. zouden liggen
  5. zouden liggen
  6. zouden liggen
en verder
  1. ben gelegen
  2. bent gelegen
  3. is gelegen
  4. zijn gelegen
  5. zijn gelegen
  6. zijn gelegen
diversen
  1. lig!
  2. ligt!
  3. gelegen
  4. liggend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor liggen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
liegen gelegen zijn; liggen

Antoniemen van "liggen":


Verwante definities voor "liggen":

  1. bij je passen1
    • dat werk ligt me niet zo1
  2. er zijn in uitgestrekte houding, horizontaal1
    • moeten die flessen staan of liggen?1
  3. het komt ervan1
    • dat het zo koud is, ligt aan de wind1
  4. per ongeluk achterlaten1
    • heb ik mijn tas hier laten liggen?1

Wiktionary: liggen

liggen
verb
  1. zich horizontaal in toestand van rust gelegd hebben
  2. op een bepaalde plaats bevinden
liggen
  1. die relationale Position zweier Objekte bezeichnend
  2. eine als angenehm empfundene Position eines Objektes zu einem anderen
  3. eine mehr oder weniger horizontal ausgerichtete Lage einnehmen

Cross Translation:
FromToVia
liggen sein be — occupy a place
liggen liegen lie — be in horizontal position
liggen liegen lie — be situated
liggen es gibt there be — to exist

Verwante vertalingen van gelegen