Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. geluid maken:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor geluid maken (Nederlands) in het Duits

geluid maken:

geluid maken werkwoord (maak geluid, maakt geluid, maakte geluid, maakten geluid, geluid gemaakt)

  1. geluid maken
    schallen
    • schallen werkwoord (schalle, schallst, schallt, schallte, schalltet, geschallt)

Conjugations for geluid maken:

o.t.t.
  1. maak geluid
  2. maakt geluid
  3. maakt geluid
  4. maken geluid
  5. maken geluid
  6. maken geluid
o.v.t.
  1. maakte geluid
  2. maakte geluid
  3. maakte geluid
  4. maakten geluid
  5. maakten geluid
  6. maakten geluid
v.t.t.
  1. heb geluid gemaakt
  2. hebt geluid gemaakt
  3. heeft geluid gemaakt
  4. hebben geluid gemaakt
  5. hebben geluid gemaakt
  6. hebben geluid gemaakt
v.v.t.
  1. had geluid gemaakt
  2. had geluid gemaakt
  3. had geluid gemaakt
  4. hadden geluid gemaakt
  5. hadden geluid gemaakt
  6. hadden geluid gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal geluid maken
  2. zult geluid maken
  3. zal geluid maken
  4. zullen geluid maken
  5. zullen geluid maken
  6. zullen geluid maken
o.v.t.t.
  1. zou geluid maken
  2. zou geluid maken
  3. zou geluid maken
  4. zouden geluid maken
  5. zouden geluid maken
  6. zouden geluid maken
diversen
  1. maak geluid!
  2. maakt geluid!
  3. geluid gemaakt
  4. geluid makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor geluid maken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
schallen geluid maken brullen; doorklinken; echoën; fulmineren; galmen; herhalen; het uitgillen; hoorbaar zijn; lachen; nabouwen; naklinken; napraten; nazeggen; razen; resoneren; schallen; schateren; tekeergaan; tieren; uitroepen; uitschreeuwen; weergalmen; weerkaatsen; weerklinken; weerschallen

Wiktionary: geluid maken


Cross Translation:
FromToVia
geluid maken klingen; erklingen sound — to produce a sound

Verwante vertalingen van geluid maken