Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. gemier:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor gemier (Nederlands) in het Duits

gemier:

gemier [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het gemier (gezeur)
    Geschmiere; die Pfuscherei; Gequake; Gesudel; Gepfusche

Vertaal Matrix voor gemier:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gepfusche gemier; gezeur gebroddel; gehaspel; geklungel; geknoei; gemodder; gemors
Gequake gemier; gezeur gemekker; gezanik; gezeur
Geschmiere gemier; gezeur geflikflooi; geklieder; geklodder; geknoei; gemors; gerotzooi; kliederen
Gesudel gemier; gezeur geflikflooi; geklieder; geklodder; geknoei; gemors; gerotzooi; kliederen
Pfuscherei gemier; gezeur bedrog; bende; beuzelarij; complot; futselarij; gebroddel; geklungel; geknoei; gemors; getreuzel; knoeierij; nep; oplichterij; puinhoop; puinzooi; rommel; rotzooi; samenzwering; troep; zooi; zootje; zwendelarij