Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. kater:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kater (Nederlands) in het Duits

kater:

kater [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de kater (katterig gevoel)
    der Kater; der Katzenjammer
  2. de kater (mannetjespoes)
    der männlicher Katze

Vertaal Matrix voor kater:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Kater kater; katterig gevoel kat
Katzenjammer kater; katterig gevoel katterigheid
männlicher Katze kater; mannetjespoes

Verwante woorden van "kater":

  • katers, katertje, katertjes

Verwante definities voor "kater":

  1. akelig gevoel na drinkpartij of grote teleurstelling1
    • de volgende dag had ik een enorme kater1
  2. mannetjeskat1
    • de kater zat achter de poes aan1

Wiktionary: kater

kater
noun
  1. mannelijke kat
  2. gevolgen van alcoholgebruik
kater
Cross Translation:
FromToVia
kater Kätzin; Kater; Katze; Pantoffeltiger cat — domestic species
kater Kater; Katzenjammer hangover — illness caused by heavy drinking
kater Kater he-cat — male cat
kater Kater tom — male cat
kater Kater tom cat — male cat
kater Katze; Kater chat — Chat domestique