Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. kladderen:
  2. kladder:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kladderen (Nederlands) in het Duits

kladderen:

kladderen werkwoord (kladder, kladdert, kladderde, kladderden, gekladderd)

  1. kladderen (klodderen; kliederen)
    klecksen; schmieren
    • klecksen werkwoord (kleckse, kleckst, kleckste, kleckstet, gekleckst)
    • schmieren werkwoord (schmiere, schmierest, schmieret, schmierete, schmieretet, geschmiert)

Conjugations for kladderen:

o.t.t.
  1. kladder
  2. kladdert
  3. kladdert
  4. kladderen
  5. kladderen
  6. kladderen
o.v.t.
  1. kladderde
  2. kladderde
  3. kladderde
  4. kladderden
  5. kladderden
  6. kladderden
v.t.t.
  1. heb gekladderd
  2. hebt gekladderd
  3. heeft gekladderd
  4. hebben gekladderd
  5. hebben gekladderd
  6. hebben gekladderd
v.v.t.
  1. had gekladderd
  2. had gekladderd
  3. had gekladderd
  4. hadden gekladderd
  5. hadden gekladderd
  6. hadden gekladderd
o.t.t.t.
  1. zal kladderen
  2. zult kladderen
  3. zal kladderen
  4. zullen kladderen
  5. zullen kladderen
  6. zullen kladderen
o.v.t.t.
  1. zou kladderen
  2. zou kladderen
  3. zou kladderen
  4. zouden kladderen
  5. zouden kladderen
  6. zouden kladderen
en verder
  1. is gekladderd
diversen
  1. kladder!
  2. kladdert!
  3. gekladderd
  4. kladderend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor kladderen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
klecksen kladderen; kliederen; klodderen
schmieren kladderen; kliederen; klodderen afreizen; doorsmeren; inoliën; invetten; keutelen; kladden; knoeien; morsen; neerkladden; oliën; opstappen; smeren; vertrekken; verwijderen; vlekken; weggaan; wegreizen; wegtrekken

Verwante woorden van "kladderen":


kladderen vorm van kladder:

kladder [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. kladder (kladderaar; broddelaar; knoeier; klieder)
    der Schmierer; der Sudler
    • Schmierer [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Sudler [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kladder:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schmierer broddelaar; kladder; kladderaar; klieder; knoeier broddelaars; kladders; klieders; knoeier; knoeiers; knoeipot; knoeipotten; koekenbakker; koekhakker; morser; morsers
Sudler broddelaar; kladder; kladderaar; klieder; knoeier beunhaas; broddelaars; kladders; klieders; knoeiers; knoeipot; koekenbakker; morser

Verwante woorden van "kladder":