Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. koordjes:
  2. koordje:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor koordjes (Nederlands) in het Duits

koordjes:

koordjes [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. koordjes (lijntjes; touwtjes; snoertjes)
    die Seilchen; die Schnüre

Vertaal Matrix voor koordjes:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schnüre koordjes; lijntjes; snoertjes; touwtjes banden; cassettebandjes; draden; elektriciteitssnoeren; koorden; passementen; schoenveters; snoeren; tapes; veters
Seilchen koordjes; lijntjes; snoertjes; touwtjes koordje; touwtje

Verwante woorden van "koordjes":


koordje:

koordje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het koordje (touwtje)
    die Schnur; Seilchen
    • Schnur [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Seilchen [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor koordje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schnur koordje; touwtje bandje; gezichtsrimpel; haarband; haarlint; koord; lint; rimpel; scheerlijn
Seilchen koordje; touwtje koordjes; lijntjes; snoertjes; touwtjes

Verwante woorden van "koordje":


Wiktionary: koordje


Cross Translation:
FromToVia
koordje Schnur; Strippe ficelle — Petite corde dont on se sert ordinairement pour lier des paquets