Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. korrels:
  2. korrel:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor korrels (Nederlands) in het Duits

korrels:

korrels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de korrels
    die Körner; die Perle
    • Körner [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Perle [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor korrels:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Körner korrels
Perle korrels kraal; parel

Verwante woorden van "korrels":


korrels vorm van korrel:

korrel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de korrel (grein; korreltje)
    Körnchen; Gran; Gefühl
    • Körnchen [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Gran [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Gefühl [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor korrel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gefühl grein; korrel; korreltje gevoel; sentiment
Gran grein; korrel; korreltje
Körnchen grein; korrel; korreltje greintjes; korreltjes; kruimel; kruimeltje

Verwante woorden van "korrel":


Wiktionary: korrel


Cross Translation:
FromToVia
korrel Perle bead — pierced small round object
korrel Körnchen grain — single particle of a substance
korrel Körnchen granule — small particle
korrel Korn grainfruit et semence des céréales contenu dans l’épi ; des légumineuses.
korrel Samen; Same; Korn graine — Ovule fécondé qui donne de nouvelles plantes après dispersion et germination.
korrel Kern; Ärger; Regenschirm pépinsemence qui se trouver à l'intérieur de certains fruits.

Verwante vertalingen van korrels