Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. leidsels:
  2. leidsel:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor leidsels (Nederlands) in het Duits

leidsels:

leidsels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de leidsels (teugels)
    die Zügel; die Zäume
    • Zügel [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Zäume [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor leidsels:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Zäume leidsels; teugels
Zügel leidsels; teugels breidel; halsband; leiband; leidsel; teugel; toom

Verwante woorden van "leidsels":


leidsel:

leidsel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het leidsel (teugel; toom)
    der Zügel; der Zaum; Lenkseil
    • Zügel [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Zaum [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Lenkseil [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor leidsel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Lenkseil leidsel; teugel; toom
Zaum leidsel; teugel; toom breidel; halsband; leiband
Zügel leidsel; teugel; toom breidel; halsband; leiband; leidsels; teugels

Verwante woorden van "leidsel":