Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. matrijs:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor matrijs (Nederlands) in het Duits

matrijs:

matrijs [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de matrijs (gietvorm; mal; modelvorm; vorm)
    die Gießform; die Gußform
  2. de matrijs (matrix)
    die Matrix; die Giessform
    • Matrix [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Giessform [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor matrijs:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Giessform matrijs; matrix
Gießform gietvorm; mal; matrijs; modelvorm; vorm mal; modelvorm; moedervorm; sjablone; sjabloon
Gußform gietvorm; mal; matrijs; modelvorm; vorm gietmal; mal; modelvorm; moedervorm; sjablone; sjabloon; vorm
Matrix matrijs; matrix matrix
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Matrix Matrix

Verwante woorden van "matrijs":

  • matrijzen