Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. muur:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor muur (Nederlands) in het Duits

muur:

muur [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de muur (heining)
    die Mauer; die Wand; die Festungsmauer
    • Mauer [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Wand [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Festungsmauer [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor muur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Festungsmauer heining; muur gordel; ommuring; stadswal; veste; vestingmuur
Mauer heining; muur kamerwand; wand
Wand heining; muur kamerwand; wand

Verwante woorden van "muur":

  • muren, muurtje, muurtjes

Verwante definities voor "muur":

  1. rechtopstaande, stenen wand1
    • ik schilder de muren van mijn huis wit1

Wiktionary: muur

muur
noun
  1. verticale vlakke constructie van steen
muur
noun
  1. Bauwerk in Form einer freistehenden Wand (manchmal mit einem Gang darin)
  2. Sport, Fußball: Reihe von Spielern, die sich bei einem Freistoß vor den Ball stellen
  3. Wand eines Gebäudes aus Stein, Beton oder auch Lehm

Cross Translation:
FromToVia
muur Wall wall — defensive rampart built up of earth, stone etc.
muur Mauer; Wall wall — structure built for defense surrounding or separating an area
muur Wand; Mauer wall — permanent, substantial side or division in a building
muur Miere mouron — mouron des oiseaux

Verwante vertalingen van muur