Overzicht
Nederlands naar Duits: Meer gegevens...
- onderhoudend:
- onderhouden:
-
Wiktionary:
- onderhouden → ernähren, unterhalten, plaudern, warten
- onderhouden → unterhalten, amüsieren, belustigen, ergötzen, vergnügen, bewahren, aufbewahren, behalten, bergen, erhalten, konservieren, stemmen, unterstützen, fortfahren, fortführen, fortsetzen, weiterführen
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor onderhoudend (Nederlands) in het Duits
onderhoudend:
-
onderhoudend (sociabel; gezellig)
gesellig; unterhaltsam; umgänglich; unterhaltend-
gesellig bijvoeglijk naamwoord
-
unterhaltsam bijvoeglijk naamwoord
-
umgänglich bijvoeglijk naamwoord
-
unterhaltend bijvoeglijk naamwoord
-
-
onderhoudend (vermakelijk; amusant)
amüsant; unterhaltsam; unterhaltend; ergötzlich-
amüsant bijvoeglijk naamwoord
-
unterhaltsam bijvoeglijk naamwoord
-
unterhaltend bijvoeglijk naamwoord
-
ergötzlich bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor onderhoudend:
Verwante woorden van "onderhoudend":
onderhoudend vorm van onderhouden:
-
onderhouden (financieel steunen)
-
onderhouden (in stand houden; behouden)
im Stand erhalten-
im Stand erhalten werkwoord
-
Conjugations for onderhouden:
o.t.t.
- onderhoud
- onderhoudt
- onderhoudt
- onderhouden
- onderhouden
- onderhouden
o.v.t.
- onderhield
- onderhield
- onderhield
- onderhielden
- onderhielden
- onderhielden
v.t.t.
- heb onderhouden
- hebt onderhouden
- heeft onderhouden
- hebben onderhouden
- hebben onderhouden
- hebben onderhouden
v.v.t.
- had onderhouden
- had onderhouden
- had onderhouden
- hadden onderhouden
- hadden onderhouden
- hadden onderhouden
o.t.t.t.
- zal onderhouden
- zult onderhouden
- zal onderhouden
- zullen onderhouden
- zullen onderhouden
- zullen onderhouden
o.v.t.t.
- zou onderhouden
- zou onderhouden
- zou onderhouden
- zouden onderhouden
- zouden onderhouden
- zouden onderhouden
en verder
- ben onderhouden
- bent omderhouden
- is onderhouden
- zijn onderhouden
- zijn onderhouden
- zijn onderhouden
diversen
- onderhoud!
- onderhoudt!
- onderhouden
- onderhoudend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
onderhouden (verzorgd)
versorgt; unterhalten; gutgepflegt-
versorgt bijvoeglijk naamwoord
-
unterhalten bijvoeglijk naamwoord
-
gutgepflegt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor onderhouden:
Verwante woorden van "onderhouden":
Synoniemen voor "onderhouden":
Antoniemen van "onderhouden":
Verwante definities voor "onderhouden":
Wiktionary: onderhouden
onderhouden
Cross Translation:
verb
onderhouden
-
zorgen dat iets in goede staat blijft
- onderhouden → ernähren; unterhalten
-
zich onderhouden: een gesprek houden met iemand
- onderhouden → plaudern; unterhalten
verb
-
(transitiv) technische Apparate pflegen und eventuell regelmäßig reparieren
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• onderhouden | → unterhalten; amüsieren; belustigen; ergötzen; vergnügen | ↔ amuser — divertir par des choses agréables. |
• onderhouden | → bewahren; aufbewahren; behalten; bergen; erhalten; konservieren | ↔ conserver — maintenir en bon état, apporter le soin nécessaire pour empêcher qu’une chose ne se gâter, ne dépérir. |
• onderhouden | → stemmen; unterhalten; unterstützen; aufbewahren; behalten; bergen; erhalten; konservieren; fortfahren; fortführen; fortsetzen; weiterführen | ↔ maintenir — tenir ferme et fixe. |