Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. statief:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor statief (Nederlands) in het Duits

statief:

statief [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het statief
    Stativ; Gestell
    • Stativ [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Gestell [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor statief:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Gestell statief brilmontuur; chassis; driepoot; droogrek; fitting; frame; geraamte; heugelstang; karkas; latwerk; montuur; onderstel; poot; raamwerk; rek; schoor; schraag; skelet; staander; stellage; stelling; voet
Stativ statief

Verwante woorden van "statief":

  • statieven

Wiktionary: statief

statief
noun
  1. meist dreibeiniges Gestell zum Aufstellen von Kameras oder Messgeräten

Cross Translation:
FromToVia
statief Ständer; Stativ stand — device to hold something upright or aloft
statief Dreifuß; Stativ tripod — a three-legged stand or mount