Nederlands

Uitgebreide vertaling voor terechtkomen (Nederlands) in het Duits

terechtkomen:

terechtkomen werkwoord (kom terecht, komt terecht, kwam terecht, kwamen terecht, terechtgekomen)

  1. terechtkomen (belanden; geraken; verzeilen)
    kommen; geraten; hingeraten
    • kommen werkwoord (komme, kommst, kommt, kam, kamt, gekommen)
    • geraten werkwoord (gerate, gerätst, gerät, geriet, gerietet, geraten)
    • hingeraten werkwoord (gerate hin, geratest hin, geratet hin, geratete hin, geratetet hin, hingeratet)
  2. terechtkomen (treffen; raken)
    enden; hinkommen; hingelangen
    • enden werkwoord (ende, endest, endet, endete, endetet, geendet)
    • hinkommen werkwoord (komme hin, kommst hin, kommt hin, kam hin, kamt hin, hingekommen)
    • hingelangen werkwoord
  3. terechtkomen (landen; neerkomen; op de grond komen)
    zurechtkommen; hinunterkommen; hinkommen; an Land gehen; hingeraten; anlegen; herabsteigen
    • zurechtkommen werkwoord (komme zurecht, kommst zurecht, kommt zurecht, kam zurecht, kamet zurecht, zurechtgekommen)
    • hinunterkommen werkwoord (komme hinunter, kommst hinunter, kommt hinunter, kam hinunter, kamt hinunter, hinuntergekommen)
    • hinkommen werkwoord (komme hin, kommst hin, kommt hin, kam hin, kamt hin, hingekommen)
    • an Land gehen werkwoord
    • hingeraten werkwoord (gerate hin, geratest hin, geratet hin, geratete hin, geratetet hin, hingeratet)
    • anlegen werkwoord (lege an, legst an, legt an, legte an, legtet an, angelegt)
    • herabsteigen werkwoord (steige herab, steigst herab, steigt herab, stieg herab, stiegt herab, herabgestiegen)

Conjugations for terechtkomen:

o.t.t.
  1. kom terecht
  2. komt terecht
  3. komt terecht
  4. komen terecht
  5. komen terecht
  6. komen terecht
o.v.t.
  1. kwam terecht
  2. kwam terecht
  3. kwam terecht
  4. kwamen terecht
  5. kwamen terecht
  6. kwamen terecht
v.t.t.
  1. ben terechtgekomen
  2. bent terechtgekomen
  3. is terechtgekomen
  4. zijn terechtgekomen
  5. zijn terechtgekomen
  6. zijn terechtgekomen
v.v.t.
  1. was terechtgekomen
  2. was terechtgekomen
  3. was terechtgekomen
  4. waren terechtgekomen
  5. waren terechtgekomen
  6. waren terechtgekomen
o.t.t.t.
  1. zal terechtkomen
  2. zult terechtkomen
  3. zal terechtkomen
  4. zullen terechtkomen
  5. zullen terechtkomen
  6. zullen terechtkomen
o.v.t.t.
  1. zou terechtkomen
  2. zou terechtkomen
  3. zou terechtkomen
  4. zouden terechtkomen
  5. zouden terechtkomen
  6. zouden terechtkomen
diversen
  1. kom terecht!
  2. komt terecht!
  3. terechtgekomen
  4. terechtkomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

terechtkomen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. terechtkomen (landing; val)
    Stürzen; Fallen; während der Landung aufsetzen

Vertaal Matrix voor terechtkomen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Fallen landing; terechtkomen; val afname; daling; minder worden; terugloop; tuimelen; val; vallen
Stürzen landing; terechtkomen; val tuimelen; vallen
während der Landung aufsetzen landing; terechtkomen; val
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
an Land gehen landen; neerkomen; op de grond komen; terechtkomen aan land gaan; aan wal gaan; debarkeren; ontschepen
anlegen landen; neerkomen; op de grond komen; terechtkomen aan een touw vastleggen; aan land gaan; aan wal gaan; aanbrengen; aandoen; aankleden; aanleggen; aanmeren; aantrekken; afmeren; beleggen; bevestigen; debarkeren; installeren; investeren; meren; monteren en aansluiten; ontschepen; plaatsen; vastbinden; vastleggen; vastmaken; vastmeren; vastzetten; verbinden; verzekeren
enden raken; terechtkomen; treffen aankomen; aflopen; afsluiten; beslissen; besluiten; beëindigen; een einde maken aan; eindigen; eindigen op; finishen; ophouden; stoppen; ten einde lopen; teneindelopen; uitkomen op
geraten belanden; geraken; terechtkomen; verzeilen geraken; slagen voor; terecht komen
herabsteigen landen; neerkomen; op de grond komen; terechtkomen afdalen; afkomen; afstappen; dalen; landen; naar beneden dalen; naar beneden gaan; naar beneden komen; naar beneden lopen; neerdalen; neerkomen; omlaaggaan; omlaagkomen; omlaagstappen
hingelangen raken; terechtkomen; treffen
hingeraten belanden; geraken; landen; neerkomen; op de grond komen; terechtkomen; verzeilen geraken; terecht komen; verzeild raken
hinkommen landen; neerkomen; op de grond komen; raken; terechtkomen; treffen aankomen; arriveren; correct zijn; juist zijn; kloppen; overeenstemmen; slagen voor
hinunterkommen landen; neerkomen; op de grond komen; terechtkomen afdalen; afkomen; landen; naar beneden dalen; naar beneden komen; neerdalen; neerkomen; omlaagkomen
kommen belanden; geraken; terechtkomen; verzeilen geraken; komen; terecht komen
zurechtkommen landen; neerkomen; op de grond komen; terechtkomen op zijn pootjes terechtkomen; slagen voor

Wiktionary: terechtkomen

terechtkomen
verb
  1. uiteindelijk, vaak per ongeluk, ergens geraken

Cross Translation:
FromToVia
terechtkomen Erfolg haben; gelingen; bestehen; geschehen; passieren; sich ereignen; stattfinden; vorkommen; hingeraten; ankommen; eintreffen; gelangen; zukommen; herzukommen arriverparvenir à destination. — note Sans complément, on sous-entend que la destination est le lieu où se tient le locuteur.

Verwante vertalingen van terechtkomen