Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. uitsteeksels:
  2. uitsteeksel:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uitsteeksels (Nederlands) in het Duits

uitsteeksels:

uitsteeksels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de uitsteeksels
    die Vorsprünge

Vertaal Matrix voor uitsteeksels:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Vorsprünge uitsteeksels voorsprongen

Verwante woorden van "uitsteeksels":


uitsteeksels vorm van uitsteeksel:

uitsteeksel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het uitsteeksel
    der Vorsprung; die Ausladung; die Spitze; der Knochenvorsatz

Vertaal Matrix voor uitsteeksel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Ausladung uitsteeksel lossing; ontlading; plotselinge uitbarsting; uitlading; uitrekking; uitstrekking
Knochenvorsatz uitsteeksel
Spitze uitsteeksel aanvoeren; aanvoering; bergspits; bergtop; bovenkant; bovenzijde; culminatie; eerste plaats; franje; gevel; helmpluim; hoogst bereikbare punt; hoogst haalbare; hoogste punt; hoogtepunt; kant; kantkloswerk; kantwerk; leiding; passement; passementerie; piek; pluim; pui; punt; summum; tonsuur; top; toppunt; torenspits; versierende omzoming; versiering van rafels; voorgaan; voorgevel; voorsprong; voorzijde; zenit
Vorsprung uitsteeksel voorsprong

Verwante woorden van "uitsteeksel":