Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verdedigen (Nederlands) in het Duits

verdedigen:

verdedigen werkwoord (verdedig, verdedigt, verdedigde, verdedigden, verdedigd)

  1. verdedigen (verweren; afweren; weren)
    verteidigen
    • verteidigen werkwoord (verteidige, verteidigst, verteidigt, verteidigte, verteidigtet, verteidigt)
  2. verdedigen (beschermen; beschutten; in bescherming nemen)
    schutzen; behüten
    • schutzen werkwoord
    • behüten werkwoord (behüte, behütest, behütet, behütete, behütetet, behütet)

Conjugations for verdedigen:

o.t.t.
  1. verdedig
  2. verdedigt
  3. verdedigt
  4. verdedigen
  5. verdedigen
  6. verdedigen
o.v.t.
  1. verdedigde
  2. verdedigde
  3. verdedigde
  4. verdedigden
  5. verdedigden
  6. verdedigden
v.t.t.
  1. heb verdedigd
  2. hebt verdedigd
  3. heeft verdedigd
  4. hebben verdedigd
  5. hebben verdedigd
  6. hebben verdedigd
v.v.t.
  1. had verdedigd
  2. had verdedigd
  3. had verdedigd
  4. hadden verdedigd
  5. hadden verdedigd
  6. hadden verdedigd
o.t.t.t.
  1. zal verdedigen
  2. zult verdedigen
  3. zal verdedigen
  4. zullen verdedigen
  5. zullen verdedigen
  6. zullen verdedigen
o.v.t.t.
  1. zou verdedigen
  2. zou verdedigen
  3. zou verdedigen
  4. zouden verdedigen
  5. zouden verdedigen
  6. zouden verdedigen
diversen
  1. verdedig!
  2. verdedigt!
  3. verdedigd
  4. verdedigend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

verdedigen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. verdedigen (weren; afweren; verweren)
    Abwehren; Verteidigen; Wehren

Vertaal Matrix voor verdedigen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Abwehren afweren; verdedigen; verweren; weren
Verteidigen afweren; verdedigen; verweren; weren
Wehren afweren; verdedigen; verweren; weren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
behüten beschermen; beschutten; in bescherming nemen; verdedigen behoeden; behouden; beschermen; in bescherming nemen
schutzen beschermen; beschutten; in bescherming nemen; verdedigen
verteidigen afweren; verdedigen; verweren; weren bepleiten; pleiten

Antoniemen van "verdedigen":


Verwante definities voor "verdedigen":

  1. beschermen tegen aanvallen1
    • de soldaten hebben het gebouw verdedigd1

Wiktionary: verdedigen

verdedigen
verb
  1. beschermen tegen een aanval
verdedigen
verb
  1. Auffassung, Meinung, Standpunkt und Anderes vehement vertreten; für etwas energisch eintreten

Cross Translation:
FromToVia
verdedigen beteuern assert — To maintain or defend, as a cause or a claim, by words or measures
verdedigen beschützen shield — to protect, to defend
verdedigen behaupten; beschützen; verteidigen; abwehren; in Schutz nehmen défendreprotéger une personne contre une attaque.
verdedigen als Rechtsanwalt tätig sein; verteidigen; vertreten; befürworten préconiser — rare|fr louer publiquement, vanter, prôner.