Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. vertimmeren:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vertimmeren (Nederlands) in het Duits

vertimmeren:

vertimmeren werkwoord (vertimmer, vertimmert, vertimmerde, vertimmerden, vertimmerd)

  1. vertimmeren (verbouwen)
    verbauen; umbauen
    • verbauen werkwoord (verbaue, verbaust, verbaut, verbaute, verbautet, verbaut)
    • umbauen werkwoord (baue um, baust um, baut um, baute um, bautet um, umgebaut)

Conjugations for vertimmeren:

o.t.t.
  1. vertimmer
  2. vertimmert
  3. vertimmert
  4. vertimmeren
  5. vertimmeren
  6. vertimmeren
o.v.t.
  1. vertimmerde
  2. vertimmerde
  3. vertimmerde
  4. vertimmerden
  5. vertimmerden
  6. vertimmerden
v.t.t.
  1. heb vertimmerd
  2. hebt vertimmerd
  3. heeft vertimmerd
  4. hebben vertimmerd
  5. hebben vertimmerd
  6. hebben vertimmerd
v.v.t.
  1. had vertimmerd
  2. had vertimmerd
  3. had vertimmerd
  4. hadden vertimmerd
  5. hadden vertimmerd
  6. hadden vertimmerd
o.t.t.t.
  1. zal vertimmeren
  2. zult vertimmeren
  3. zal vertimmeren
  4. zullen vertimmeren
  5. zullen vertimmeren
  6. zullen vertimmeren
o.v.t.t.
  1. zou vertimmeren
  2. zou vertimmeren
  3. zou vertimmeren
  4. zouden vertimmeren
  5. zouden vertimmeren
  6. zouden vertimmeren
diversen
  1. vertimmer!
  2. vertimmert!
  3. vertimmerd
  4. vertimmerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor vertimmeren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
umbauen verbouwen; vertimmeren aankweken; aanplanten; fokken; genereren; kweken; ombouwen; opkweken; planten; procreëren; telen; verbouwen; voortbrengen
verbauen verbouwen; vertimmeren