Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. vorige:
  2. vorig:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vorige (Nederlands) in het Duits

vorige:

vorige [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. vorige
    der Vorige; der Vorhergehende

vorige bijvoeglijk naamwoord

  1. vorige (voormalig; voormalige; vroeger; )
    früher; vorig; ehemalig; seinerzeitig

Vertaal Matrix voor vorige:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Vorhergehende vorige
Vorige vorige
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ehemalig ex; geweest; gewezen; toenmalig; voorheen; voormalig; voormalige; vorige; vroeger; vroegere destijds; eermaals; indertijd; toen; toenmaals; toentertijd
früher ex; geweest; gewezen; toenmalig; voorheen; voormalig; voormalige; vorige; vroeger; vroegere eerder; eertijds; inleidend; toenmalig; van toen; voorafgaand; voordien; voorgaand; voorheen; voormaals; vooropgaand; voortijds; vooruitgaand; vroeger
seinerzeitig ex; geweest; gewezen; toenmalig; voorheen; voormalig; voormalige; vorige; vroeger; vroegere toenmalig; van toen
vorig ex; geweest; gewezen; toenmalig; voorheen; voormalig; voormalige; vorige; vroeger; vroegere afgelopen; inleidend; jongstleden; verleden; voorafgaand; voorgaand; vooropgaand; vooruitgaand; vorig

Verwante woorden van "vorige":


vorige vorm van vorig:

vorig bijvoeglijk naamwoord

  1. vorig (afgelopen; verleden)
    vorig
    • vorig bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor vorig:

Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
- verleden
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vorig afgelopen; verleden; vorig ex; geweest; gewezen; inleidend; jongstleden; toenmalig; voorafgaand; voorgaand; voorheen; voormalig; voormalige; vooropgaand; vooruitgaand; vorige; vroeger; vroegere

Verwante woorden van "vorig":


Synoniemen voor "vorig":


Antoniemen van "vorig":


Verwante definities voor "vorig":

  1. wat eerder gebeurd is1
    • tijdens een van zijn vorige vakanties werd hij ziek1
  2. wat eraan voorafgaat1
    • op de vorige bladzijde stond ook nog een fout1

Wiktionary: vorig


Cross Translation:
FromToVia
vorig letzter last — Most recent
vorig vorhergehend previous — prior
vorig vorig; Vorder-; vordere; vorherig; vorhergehend; vorangegangen précédent — Qui précéder, qui est immédiatement avant, en parlant ordinairement par rapport au temps.