Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
Frieden schließen
|
vrede sluiten
|
|
beilegen
|
vrede sluiten
|
afdoen; afhandelen; beslechten; bijbetalen; bijdoen; bijleggen; bijrekenen; bijsluiten; bijtellen; bijvoegen; erbij tellen; erbij voegen; goedmaken; insluiten; kwijten; optellen; ruzie afsluiten; schikken; toevoegen; twist uit de weg ruimen; verzoenen
|
beruhigen
|
vrede sluiten
|
bedaren; bijleggen; geruststellen; kalm worden; kalmeren; rustig worden; schikken; sussen; tot kalmte manen; verzoenen
|
beschwichtigen
|
vrede sluiten
|
bedaren; bijleggen; dempen; geruststellen; kalmeren; matigen; schikken; sussen; temperen; tot kalmte manen; verzoenen; zich matigen
|
besänftigen
|
vrede sluiten
|
bedaren; bijleggen; kalmeren; schikken; sussen; tot kalmte manen; verzoenen
|
schlichten
|
vrede sluiten
|
afdoen; afhandelen; bedaren; bemiddelen; beslechten; bijleggen; effenen; egaliseren; gelijkmaken; gladmaken; gladwrijven; ingrijpen; interfereren; interrumperen; interveniëren; kalmeren; meebetalen; schikken; sussen; tot kalmte manen; tussenbeide komen; tussenkomen; twist uit de weg ruimen; verzoenen
|