Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vurigheid (Nederlands) in het Duits

vurigheid:


vurigheid vorm van vurig:

vurig bijvoeglijk naamwoord

  1. vurig (fervent)
    glühend; leidenschaftlich
  2. vurig (hartstochtelijk; gepassioneerd; temperamentvol; )
    hitzig; passioniert; ungestüm; leidenschaftlich; hemmungslos; temperamentvoll; hitzköpfig; hingebungsvoll; feurig; inbrünstig; eifrig; heißblütig
  3. vurig (brandend; warm; gloeiend; )
    feurig; entzündet; brennend; scharf
  4. vurig (verhit)
    feurig; glühend; inbrünstig; leidenschaftlich; sehnlich
  5. vurig (verhit)
    leidenschaftlich; erregt; hitzig; feurig; brünstig; hitzköpfig; heißblütig
  6. vurig (gepassioneerd; hartstochtelijk; heftig; met hevige passie)
    begeistert; aufgeregt; leidenschaftlich; hitzig; erregt; aufgebracht; enthusiastisch; feurig

Vertaal Matrix voor vurig:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aufgebracht gepassioneerd; hartstochtelijk; heftig; met hevige passie; vurig bitter; boos; furieus; geagiteerd; gebelgd; gekwetst; gepikeerd; geprikkeld; giftig; kwaad; levendig; misnoegd; nijdig; ontevreden; ontstemd; razend; spinnijdig; toornig; verhit; verontwaardigd; verstoord; vertoornd; woedend; woest; wrevelig; zeer boos; ziedend
aufgeregt gepassioneerd; hartstochtelijk; heftig; met hevige passie; vurig boos; furieus; geagiteerd; gebelgd; geil; gekwetst; gepikeerd; geprikkeld; geërgerd; geïrriteerd; heet; hitsig; kwaad; levendig; misnoegd; nijdig; ontstemd; opgewonden; razend; seksueel opgewonden; spinnijdig; toornig; verhit; verontwaardigd; verstoord; vertoornd; woest; wrevelig; ziedend
begeistert gepassioneerd; hartstochtelijk; heftig; met hevige passie; vurig bevlogen; bezield; blij; blijgeestig; blijmoedig; dartel; dolblij; enthousiast; fideel; fleurig; geestdriftig; geestig; geil; goed geluimd; heet; hitsig; inblij; jolig; kleurig; kwiek; levendig; lustig; monter; ontzettend blij; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; opgewonden; seksueel opgewonden; uitgelaten; verblijd; verheugd; vrolijk; wakker; welgemoed; welgestemd; zonnig
brennend brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm brandend; vlammend
brünstig verhit; vurig bronstig; geil; heet; hitsig; krols; loops; opgewonden; pikant; seksueel opgewonden; zinnenprikkelend
eifrig gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; stormachtig; temperamentvol; vurig; warmbloedig actief; ambitieus; bedreven; bedrijvig; bezet; bezeten; bezig; daadkrachtig; druk; drukbezet; drukpratend; dynamisch; eerzuchtig; energiek; fanatiek; geanimeerd; geil; gretig; happig; heet; hitsig; noest; onvermoeibaar; opgewonden; seksueel opgewonden; streverig
enthusiastisch gepassioneerd; hartstochtelijk; heftig; met hevige passie; vurig bevlogen; bezield; enthousiast; geestdriftig; geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden
entzündet brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm
erregt gepassioneerd; hartstochtelijk; heftig; met hevige passie; verhit; vurig aangebrand; erg; fel; geagiteerd; geil; gepikeerd; geprikkeld; geërgerd; geïrriteerd; heet; heetbloedig; heethoofdig; heftig; hevig; hitsig; krachtig; levendig; misnoegd; ontstemd; opgewonden; pissig; prikkelbaar; seksueel opgewonden; verhit; wrevelig
feurig brandend; fel; fonkelend; gepassioneerd; gloeiend; hartstochtelijk; heetbloedig; heftig; hevig; met hevige passie; stormachtig; temperamentvol; verhit; vurig; warm; warmbloedig brandend; erg; fel; geagiteerd; geil; gekruid; gepeperd; gloedvol; hartig; heet; heetbloedig; heethoofdig; heftig; hevig; hitsig; krachtig; levendig; meedogenloos; opgewonden; pikant; pittig; seksueel opgewonden; verhit; vlammend; wreed
glühend fervent; verhit; vurig blakend; brandend; fit; geil; getraind; gezond; gloeiend; heet; hitsig; opgewonden; roodgloeiend; seksueel opgewonden; smeulend; vlammend; zonder ziekte
heißblütig gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; stormachtig; temperamentvol; verhit; vurig; warmbloedig
hemmungslos gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; stormachtig; temperamentvol; vurig; warmbloedig heftig; niet terughoudend; onbeheerst; ongeremd; onstuimig; vrijgevochten
hingebungsvoll gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; stormachtig; temperamentvol; vurig; warmbloedig bezetene; fanatieke; geil; heet; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden; toegewijd
hitzig gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; heftig; met hevige passie; stormachtig; temperamentvol; verhit; vurig; warmbloedig driftig; erg; fel; geagiteerd; geil; heet; heetbloedig; heetgebakerd; heftig; hevig; hitsig; koortsig; krachtig; levendig; onbeheerst; onstuimig; opgewonden; seksueel opgewonden; verhit; verwoed
hitzköpfig gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; stormachtig; temperamentvol; verhit; vurig; warmbloedig driftig; heetbloedig; heetgebakerd; heethoofdig
inbrünstig gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; stormachtig; temperamentvol; verhit; vurig; warmbloedig diepgevoeld; erg; fel; geil; heet; heftig; hevig; hitsig; innig; krachtig; opgewonden; seksueel opgewonden
leidenschaftlich fervent; gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; heftig; met hevige passie; stormachtig; temperamentvol; verhit; vurig; warmbloedig fel; heetbloedig; heethoofdig; heftig; hevig; onbeheerst; onstuimig; verwoed
passioniert gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; stormachtig; temperamentvol; vurig; warmbloedig
scharf brandend; fel; fonkelend; gloeiend; hevig; vurig; warm agressief; barbaars; beestachtig; bijtend; bijterig; bits; bruut; fel; felle; geducht; gekruid; gepeperd; gewelddadig; goed snijdend; hanig; hartig; heet; heftig; hel; in hoge mate; inbijtend; inhumaan; invretend; inwerkend; kattig; kruidig; messcherp; met sarcasme; monsterlijk; onbeheerst; onmenselijk; onstuimig; onvriendelijk; pikant; pinnig; pittig; sarcastisch; scherp; scherp van smaak; scherpgerand; smaak prikkelend; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig; vlijmend; vlijmscherp; wreed
sehnlich verhit; vurig
temperamentvoll gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; stormachtig; temperamentvol; vurig; warmbloedig heetbloedig; heethoofdig; heftig; onbeheerst; onstuimig
ungestüm gepassioneerd; hartstochtelijk; heetbloedig; stormachtig; temperamentvol; vurig; warmbloedig agressief; bewogen; boos; fel; furieus; gewelddadig; heftig; hevig; kwaad; nijdig; onbeheerst; onrustig; onstuimig; razend; roerig; spinnijdig; toornig; turbulent; veelbewogen; vertoornd; verwoed; woelig; woest; ziedend

Verwante woorden van "vurig":

  • vurigheid, vuriger, vurigere, vurigst, vurigste, vurige

Verwante definities voor "vurig":

  1. heftig en hartstochtelijk1
    • ze hoopte vurig dat hij zou komen1

Wiktionary: vurig


Cross Translation:
FromToVia
vurig feurig ardent — full or ardour