Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. achterlopen:
  2. Wiktionary:
    • achterlopen → late


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor achterlopen (Nederlands) in het Engels

achterlopen:

achterlopen werkwoord (loop achter, loopt achter, liep achter, liepen achter, achtergelopen)

  1. achterlopen
    run behind time; lag behind; run late; run behind

Conjugations for achterlopen:

o.t.t.
  1. loop achter
  2. loopt achter
  3. loopt achter
  4. lopen achter
  5. lopen achter
  6. lopen achter
o.v.t.
  1. liep achter
  2. liep achter
  3. liep achter
  4. liepen achter
  5. liepen achter
  6. liepen achter
v.t.t.
  1. heb achtergelopen
  2. hebt achtergelopen
  3. heeft achtergelopen
  4. hebben achtergelopen
  5. hebben achtergelopen
  6. hebben achtergelopen
v.v.t.
  1. had achtergelopen
  2. had achtergelopen
  3. had achtergelopen
  4. hadden achtergelopen
  5. hadden achtergelopen
  6. hadden achtergelopen
o.t.t.t.
  1. zal achterlopen
  2. zult achterlopen
  3. zal achterlopen
  4. zullen achterlopen
  5. zullen achterlopen
  6. zullen achterlopen
o.v.t.t.
  1. zou achterlopen
  2. zou achterlopen
  3. zou achterlopen
  4. zouden achterlopen
  5. zouden achterlopen
  6. zouden achterlopen
diversen
  1. loop achter!
  2. loopt achter!
  3. achtergelopen
  4. achterlopende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor achterlopen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lag behind achterlopen
run behind achterlopen
run behind time achterlopen
run late achterlopen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
late ex; geweest; gewezen; toenmalig; voorheen; voormalig; voormalige; vorige; vroeger; vroegere
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
late afgestorven; dood; doodgegaan; gestorven; heengegaan; laat; overleden; vertraagd

Wiktionary: achterlopen


Cross Translation:
FromToVia
achterlopen late tarder — Arriver tard ; être lent à venir.