Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. boomschors:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor boomschors (Nederlands) in het Engels

boomschors:

boomschors [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de boomschors
    the tree bark; the bark
    • tree bark [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bark [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor boomschors:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bark boomschors bast; schors
tree bark boomschors
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bark blaffen; brullen; bulderen; daveren; keffen; schreeuwen

Verwante woorden van "boomschors":

  • boomschorsen

Wiktionary: boomschors


Cross Translation:
FromToVia
boomschors bark; shell; hull écorce — Partie superficielle et protectrice des arbres et des végétaux