Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. code:
  2. Wiktionary:
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. code:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor code (Nederlands) in het Engels

code:

code [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de code (geheimschrift)
    the code; the cipher; the cypher
    • code [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cipher [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
    • cypher [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
  2. de code
    the tag
    – In markup languages such as SGML and HTML, a code that identifies an element in a document, such as a heading or a paragraph, for the purposes of formatting, indexing, and linking information in the document. 1
    • tag [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor code:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cipher code; geheimschrift coderen; codering; coderingsmethode
code code; geheimschrift coderen; codering; wetboek
cypher code; geheimschrift coderen; codering
tag code draai; etiket; kink; knoop; krijgertje; kronkel; label; lus; lusvormige kromming; notitiemarkering; ophanglus; plakker; plakkertje; sticker; tag; tikkertje
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
code coderen
tag aanroeren; aanstippen; een melding geven; etiketteren; even aanraken; taggen

Verwante woorden van "code":


Wiktionary: code

code
noun
  1. geheimschrift, versleuteling zoals bijv. een dagboekcode
code
noun
  1. computer language (see also computer language)
  2. cryptographic system
  3. set of rules for converting information
  4. system of principles, rules or regulations
  5. very short abbreviation



Engels

Uitgebreide vertaling voor code (Engels) in het Nederlands

code:

code [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the code (cipher; cypher)
    coderen; de codering
    • coderen [znw.] zelfstandig naamwoord
    • codering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. the code (cipher; cypher)
    de code; het geheimschrift
  3. the code (lawbook)
    het wetboek
    • wetboek [het ~] zelfstandig naamwoord

to code werkwoord (codes, coded, coding)

  1. to code (encode)
    coderen
    • coderen werkwoord (codeer, codeert, codeerde, codeerden, gecodeerd)

Conjugations for code:

present
  1. code
  2. code
  3. codes
  4. code
  5. code
  6. code
simple past
  1. coded
  2. coded
  3. coded
  4. coded
  5. coded
  6. coded
present perfect
  1. have coded
  2. have coded
  3. has coded
  4. have coded
  5. have coded
  6. have coded
past continuous
  1. was coding
  2. were coding
  3. was coding
  4. were coding
  5. were coding
  6. were coding
future
  1. shall code
  2. will code
  3. will code
  4. shall code
  5. will code
  6. will code
continuous present
  1. am coding
  2. are coding
  3. is coding
  4. are coding
  5. are coding
  6. are coding
subjunctive
  1. be coded
  2. be coded
  3. be coded
  4. be coded
  5. be coded
  6. be coded
diverse
  1. code!
  2. let's code!
  3. coded
  4. coding
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor code:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
code cipher; code; cypher tag
coderen cipher; code; cypher
codering cipher; code; cypher coding; encoding
geheimschrift cipher; code; cypher
wetboek code; lawbook legal code
- codification; computer code
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coderen code; encode encode
- cipher; cypher; encipher; encrypt; inscribe; write in code
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- beam; body of laws; cipher; codify; cypher; section

Verwante woorden van "code":


Synoniemen voor "code":


Antoniemen van "code":


Verwante definities voor "code":

  1. a coding system used for transmitting messages requiring brevity or secrecy2
  2. (computer science) the symbolic arrangement of data or instructions in a computer program or the set of such instructions2
  3. a set of rules or principles or laws (especially written ones)2
  4. convert ordinary language into code2
    • We should encode the message for security reasons2
  5. attach a code to2
  6. To write program instructions in a programming language.1

Wiktionary: code

code
verb
  1. encode a protein
  2. cryptography: to encode
  3. write software programs
noun
  1. cryptographic system
  2. set of rules for converting information
  3. system of principles, rules or regulations
  4. body of law
  5. very short abbreviation
code
noun
  1. geheimschrift, versleuteling zoals bijv. een dagboekcode

Verwante vertalingen van code