Eerst: vertaling Nederlands

Remove Ads

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

eerst:
- initially; at first; first; foremost
eer:
- honour; pride; sense of honour; honor; honouring; homage; tribute; toast; inauguration
- before
Wiktionary:
- eerst → first
- eerst → firstly
- eer → honour, honor, glory
- eer → honour, honor, accolade, best, better
Gebruikers suggesties voor eerst:
- primarily

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor eerst (Nederlands) in het Engels

eerst:

eerst bijwoord

eerst (aanvankelijk)
initially; at first; first; foremost
- initially bijwoord
- at first bijvoeglijk naamwoord
- first bijvoeglijk naamwoord
- foremost bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor eerst:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
at first		eerste plaats
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	aanvankelijk
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
initially	aanvankelijk; eerst
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
at first	aanvankelijk; eerst
first	aanvankelijk; eerst	aanvoerend; eerste; leidend
foremost	aanvankelijk; eerst	aanvoerend; eerste; leidend; vooraan; voorin; voorop

Verwante woorden van "eerst":

Synoniemen voor "eerst":

aanvankelijk

Antoniemen van "eerst":

tenslotte; uiteindelijk; laatst

Verwante definities voor "eerst":

in het begin¹
- eerst was ik erg verlegen¹
vóór alle anderen¹
- Joop mag eerst op de schommel¹

Wiktionary: eerst

eerst

adjective

numeral first
- first → eerst

Cross Translation:

From	To	Via
• eerst	→ firstly	↔ zunächst — vor einer zeitlicher oder abstrakter Reihenfolge

eerst vorm van eer:

eer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de eer (eergevoel; trots)
the honour; the pride; the sense of honour; the honor
- honour [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
- pride [the ~] zelfstandig naamwoord
- sense of honour [the ~] zelfstandig naamwoord
- honor [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
de eer (verering; hulde)
the honouring; the homage; the tribute; the toast; the inauguration
- honouring [the ~] zelfstandig naamwoord
- homage [the ~] zelfstandig naamwoord
- tribute [the ~] zelfstandig naamwoord
- toast [the ~] zelfstandig naamwoord
- inauguration [the ~] zelfstandig naamwoord

eer bijwoord

eer (voordat; voor; alvorens; aleer; alvoor)
before
- before bijwoord

Vertaal Matrix voor eer:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
homage	eer; hulde; verering
honor	eer; eergevoel; trots	decoratie; eerbewijs; ere; ereteken; onderscheiding; onderscheidingsteken; prijs; ridderorde
honour	eer; eergevoel; trots	decoratie; eerbewijs; eervolle onderscheiding; ere; ereteken; onderscheiding; onderscheidingsteken; prijs; ridderorde
honouring	eer; hulde; verering	eerbetoon; huldebetoon; huldiging
inauguration	eer; hulde; verering	inauguratie; inhuldiging; initiatie; inwijding; inwijdingsplechtigheid; inzegening; inzegeningsplechtigheid; openingsplechtigheid; start; wijdingsdienst
pride	eer; eergevoel; trots	fierheid; grandeur; grootsheid; hoogmoedigheid; hovaardigheid; indrukwekkendheid; trots
sense of honour	eer; eergevoel; trots
toast	eer; hulde; verering	geroosterd brood; heildronk; toast; toost; toostbrood
tribute	eer; hulde; verering	buiging; eerbetoon; huldeblijk
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
honor		belonen; betalen; bezoldigen; eer aandoen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; functie bekleden; honoreren; hulde bewijzen; huldigen; in ere houden; ovatie brengen; salariëren; vervullen
honour		belonen; betalen; bezoldigen; eer aandoen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; functie bekleden; honoreren; hulde bewijzen; huldigen; in ere houden; ovatie brengen; salariëren; vervullen
toast		proosten
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
before	aleer; alvoor; alvorens; eer; voor; voordat	daarvoor; eertijds; ervoor; ex; geweest; gewezen; in aanwezigheid van; overstaan; tevoren; toenmalig; van tevoren; vantevoren; voor; vooraf; vooraleer; voorheen; voormaals; voormalig; voormalige; vorige; vroeger; vroegere

Verwante woorden van "eer":

eerst, eerste

Verwante definities voor "eer":

voordat¹
- het duurde lang eer de bus kwam¹
wat je een goede naam geeft, waarom je bewonderd wordt¹
- de directeur ontving mij, dat was een hele eer¹

Wiktionary: eer

eer

noun

aanzien, roem
- eer → honour; honor

eer

noun

token of praise or respect
- honour → eer
honour and valour
- glory → glorie; eer; roem

Cross Translation:

From	To	Via
• eer	→ honour; honor; accolade	↔ honneur — sentiment d’une dignité morale, estimer plus haut que tous les biens, et qui porter certaines personnes à des actions loyales, nobles et courageux.
• eer	→ best	↔ le mieux — Ce qu’il y a de mieux
• eer	→ better	↔ mieux — Ce qui est meilleur.

Verwante vertalingen van eerst

voor het eerst

¹Muiswerk Woordenboek

Remove Ads

Nederlandse en Engelse zoekresultaten voor: eerst

Uitgebreide vertaling voor eerst (Nederlands) in het Engels

eerst:

eerst bijwoord

eerst (aanvankelijk)

Vertaal Matrix voor eerst:

Verwante woorden van "eerst":

Synoniemen voor "eerst":

Antoniemen van "eerst":

Verwante definities voor "eerst":

Wiktionary: eerst

eerst vorm van eer:

eer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de eer (eergevoel; trots)

de eer (verering; hulde)

eer bijwoord

eer (voordat; voor; alvorens; aleer; alvoor)

Vertaal Matrix voor eer:

Verwante woorden van "eer":

Verwante definities voor "eer":

Wiktionary: eer

Verwante vertalingen van eerst