Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Engels ->Zoek: kandelaar

Nederlandse en Engelse zoekresultaten voor: kandelaar

Overzicht

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

kandelaar:
- chandelier; candelabrum; candleholder; candlestick; candle-stand; candle-bracket
Wiktionary:
- kandelaar → candlestick, candelabrum

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kandelaar (Nederlands) in het Engels

kandelaar:

kandelaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de kandelaar (kandelaber; luchter)
the chandelier; the candelabrum; the candleholder; the candlestick
- chandelier [the ~] zelfstandig naamwoord
- candelabrum [the ~] zelfstandig naamwoord
- candleholder [the ~] zelfstandig naamwoord
- candlestick [the ~] zelfstandig naamwoord
de kandelaar (kaarsenstandaard; kaarsenhouder)
the candleholder; the candle-stand; the candlestick; the candle-bracket
- candleholder [the ~] zelfstandig naamwoord
- candle-stand [the ~] zelfstandig naamwoord
- candlestick [the ~] zelfstandig naamwoord
- candle-bracket [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kandelaar:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
candelabrum	kandelaar; kandelaber; luchter	kandelabers; luchters
candle-bracket	kaarsenhouder; kaarsenstandaard; kandelaar
candle-stand	kaarsenhouder; kaarsenstandaard; kandelaar
candleholder	kaarsenhouder; kaarsenstandaard; kandelaar; kandelaber; luchter	kaarshouder
candlestick	kaarsenhouder; kaarsenstandaard; kandelaar; kandelaber; luchter	kaarshouder
chandelier	kandelaar; kandelaber; luchter

Verwante woorden van "kandelaar":

kandelaren, kandelaars, kandelaartje, kandelaartjes

Wiktionary: kandelaar

kandelaar

noun

standaard waarop één of meer kaarsen geplaatst kunnen worden
- kandelaar → candlestick

kandelaar

noun

candle holder
- candelabrum → kandelaar; kaarshouder