Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor mixen (Nederlands) in het Engels

mixen:

mixen werkwoord (mix, mixt, mixte, mixten, gemixt)

  1. mixen (roeren)
    to stir; to mix
    • stir werkwoord (stirs, stirred, stirring)
    • mix werkwoord (mixes, mixed, mixing)

Conjugations for mixen:

o.t.t.
  1. mix
  2. mixt
  3. mixt
  4. mixen
  5. mixen
  6. mixen
o.v.t.
  1. mixte
  2. mixte
  3. mixte
  4. mixten
  5. mixten
  6. mixten
v.t.t.
  1. heb gemixt
  2. hebt gemixt
  3. heeft gemixt
  4. hebben gemixt
  5. hebben gemixt
  6. hebben gemixt
v.v.t.
  1. had gemixt
  2. had gemixt
  3. had gemixt
  4. hadden gemixt
  5. hadden gemixt
  6. hadden gemixt
o.t.t.t.
  1. zal mixen
  2. zult mixen
  3. zal mixen
  4. zullen mixen
  5. zullen mixen
  6. zullen mixen
o.v.t.t.
  1. zou mixen
  2. zou mixen
  3. zou mixen
  4. zouden mixen
  5. zouden mixen
  6. zouden mixen
en verder
  1. ben gemixt
  2. bent gemixt
  3. is gemixt
  4. zijn gemixt
  5. zijn gemixt
  6. zijn gemixt
diversen
  1. mix!
  2. mixt!
  3. gemixt
  4. mixend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

mixen [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het mixen (mengen; melêren; vermengen)
    the mingling; the mix; the blending; the diluting; the mixing; the alloying; the melting; the smelting
    • mingling [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mix [the ~] zelfstandig naamwoord
    • blending [the ~] zelfstandig naamwoord
    • diluting [the ~] zelfstandig naamwoord
    • mixing [the ~] zelfstandig naamwoord
    • alloying [the ~] zelfstandig naamwoord
    • melting [the ~] zelfstandig naamwoord
    • smelting [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mixen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alloying melêren; mengen; mixen; vermengen
blending melêren; mengen; mixen; vermengen mengeling; menging; vermenging
diluting melêren; mengen; mixen; vermengen
melting melêren; mengen; mixen; vermengen ontdooien; smelten; smelting; wegdooien
mingling melêren; mengen; mixen; vermengen mengeling; menging; vermenging
mix melêren; mengen; mixen; vermengen mix; mêleren
mixing melêren; mengen; mixen; vermengen vermenging
smelting melêren; mengen; mixen; vermengen smelting
stir geharrewar
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mix mixen; roeren bemoeien; door elkaar schudden; dooreenmengen; husselen; hutselen; inmengen; mengen; samenschikken; vermengen; verroeren
stir mixen; roeren aanroeren; aanstippen; aanstoken; agiteren; beroeren; even aanraken; in beroering brengen; omroeren; oppoken; opschudden; opstoken; roeren; rondroeren; toucheren; verroeren; zich bewegen

Verwante woorden van "mixen":


Wiktionary: mixen

mixen
verb
  1. door elkaar mengen
    • mixenmix
mixen
verb
  1. music: combine several tracks
  2. use a mixer on

Cross Translation:
FromToVia
mixen mix mixen — etwas, insbesondere alkoholische Getränke mischen
mixen mix mixen — etwas mit Hilfe eines Mixers zerkleinern und mischen
mixen mix; blend; mingle; shuffle mélanger — Unir plusieurs choses ensemble pour former un tout
mixen return; turn over; turn around; turn round; inside out; turn; revolve; whirl; relay; resend; send back; blend; mingle; mix; shuffle; invert; reverse retourneraller de nouveau en un lieu.

mix:

mix [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de mix
    the mix
    • mix [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mix:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mix mix melêren; mengen; mixen; mêleren; vermengen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mix bemoeien; door elkaar schudden; dooreenmengen; husselen; hutselen; inmengen; mengen; mixen; roeren; samenschikken; vermengen; verroeren

Verwante woorden van "mix":


Wiktionary: mix

mix
noun
  1. mengsel
mix
noun
  1. The result of amalgamating

Cross Translation:
FromToVia
mix mix; mixture; admixture mélangeaction de mélanger ou résultat de cette action.