Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. overdracht:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor overdracht (Nederlands) in het Engels

overdracht:

overdracht [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de overdracht (cessie; doorgifte)
    the handover; the transfer; the cession
    • handover [the ~] zelfstandig naamwoord
    • transfer [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cession [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de overdracht (aflevering; uitlevering; afstaan)
    the delivery; the yielding

Vertaal Matrix voor overdracht:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cession cessie; doorgifte; overdracht
delivery aflevering; afstaan; overdracht; uitlevering aanbieding; afgifte; aflevering; bestelling; bevalling; bezorging; declamatie; editie; geboorte; geleverde; leverantie; levering; oplevering; overhandiging; uitgave; uitlevering; verlossing; versvoordracht; voordracht; wijze van voordracht; zending
handover cessie; doorgifte; overdracht
transfer cessie; doorgifte; overdracht doorverbinden; gegevensoverdracht; overboeking; overmaking; overplaatsing; overschrijving; overstap; overstapstation; transport; verruiling; verzending; vrachtvervoer; wegtransport; wegvervoer
yielding aflevering; afstaan; overdracht; uitlevering opgave van de strijd; overgeven
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
transfer afdragen; anders boeken; disloqueren; geld overmaken; overboeken; overbrengen; overdragen aan; overplaatsen; overschrijven; overzenden; overzetten; roeren; standplaats veranderen; transponeren; verleggen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vervoeren; verzetten
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
yielding buigzaam; flexibel; gedwee; gewillig; inschikkelijk; meegaand; soepel; toegeeflijk; toegevend

Verwante woorden van "overdracht":


Wiktionary: overdracht

overdracht
noun
  1. bit or digit carried in an addition
  2. -
verb
  1. -

Cross Translation:
FromToVia
overdracht transfer virement — transport d'une somme