Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. pus:
  2. Wiktionary:
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. pus:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pus (Nederlands) in het Engels

pus:

pus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de pus (etter)
    the pus
    • pus [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pus etter; pus

Verwante woorden van "pus":

  • pussen

Wiktionary: pus

pus
noun
  1. fluid found in regions of infection

Cross Translation:
FromToVia
pus pus pus — Matière liquide qui se forme dans les abcès

Verwante vertalingen van pus



Engels

Uitgebreide vertaling voor pus (Engels) in het Nederlands

pus:

pus [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the pus
    de pus; de etter
    • pus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • etter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
etter pus creep; nasty piece of work; pain in the ass; pain in the neck; rotter; scoundrel; wretch; wretched fellow
pus pus
- festering; ichor; purulence; sanies; suppuration

Synoniemen voor "pus":

  • Pus; Pansa; Hindu calendar month
  • purulence; suppuration; ichor; sanies; festering; liquid body substance; bodily fluid; body fluid; humor; humour

Verwante definities voor "pus":

  1. a fluid product of inflammation1

Wiktionary: pus

pus
noun
  1. fluid found in regions of infection
pus
noun
  1. wittig vocht met witte bloedlichaampjes en bacteriën dat bij een ontsteking afgescheiden wordt

Cross Translation:
FromToVia
pus pus pus — Matière liquide qui se forme dans les abcès

Pus:


Vertaal Matrix voor Pus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- Pansa

Verwante definities voor "Pus":

  1. the tenth month of the Hindu calendar1