Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. surveillance:
  2. Wiktionary:
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. surveillance:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor surveillance (Nederlands) in het Engels

surveillance:

surveillance [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de surveillance (bewaking; controle; hoede)
    the surveillance; the monitoring; the control; the observation; the supervision; the care; the watch

Vertaal Matrix voor surveillance:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
care bewaking; controle; hoede; surveillance verpleging; verschaffing; verzorging; voorziening; zorg
control bewaking; controle; hoede; surveillance afstelknop; beheer; beheersing; bescherming; bestrijding; besturing; besturingselement; bewaking; controle; hoede; mate van bekwaamheid; toezicht; voogdij; zeggenschap; zelfbeheersing; zorg
monitoring bewaking; controle; hoede; surveillance
observation bewaking; controle; hoede; surveillance aandacht; aanmerking; aanschouwen; aanschouwing; apperceptie; attentie; bemerking; beschouwing; observatie; observeren; oplettendheid; opmerking; opmerkzaamheid; perceptie; waarneming; zien
supervision bewaking; controle; hoede; surveillance beheer; bescherming; bestuur; bewaking; controle; directie; hoede; leiding; overzien; supervisie; toezicht; toezicht houden; zeggenschap; zorg
surveillance bewaking; controle; hoede; surveillance beheer; bescherming; bewaking; controle; hoede; kaartcontrole; toezicht; voorhechtenis; zeggenschap; zorg
watch bewaking; controle; hoede; surveillance horloge; op wacht staan
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
care verzorgen; zorgen voor; zorgen voor iets
control bedaren; bedwingen; beheersen; bekijken; beproeven; beteugelen; bezichtigen; controleren; examineren; in bedwang houden; inbinden; inspecteren; intomen; keuren; manipuleren; matigen; onder gezag brengen; onderwerpen; onderzoeken; overhoren; schouwen; temmen; testen; toetsen; zich bedwingen
watch aanblikken; aandacht erbij houden; aankijken; aanzien; begluren; bekijken; bewaken; bezichtigen; blikken; blikken werpen; gadeslaan; gluren; in de gaten houden; in het oog houden; inspecteren; kijken; observeren; opletten; oppassen; patrouilleren; schouwen; surveilleren; toekijken; toeschouwen; toezicht houden; toezien; uitkijken; volgen; voorzichtig zijn; waarnemen; waken; wakker blijven; zien

Wiktionary: surveillance

surveillance
noun
  1. covertly watching a location



Engels

Uitgebreide vertaling voor surveillance (Engels) in het Nederlands

surveillance:

surveillance [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the surveillance (guardianship; supervision; control; administration; management)
    het beheer; het toezicht; de controle; de bewaking; de zeggenschap; de hoede; de zorg; de bescherming
    • beheer [het ~] zelfstandig naamwoord
    • toezicht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • controle [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bewaking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • zeggenschap [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • hoede [de ~] zelfstandig naamwoord
    • zorg [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bescherming [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. the surveillance (monitoring; control; observation; )
    de bewaking; de controle; de surveillance; de hoede
  3. the surveillance (access control)
    de kaartcontrole; de controle
  4. the surveillance

Vertaal Matrix voor surveillance:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beheer administration; control; guardianship; management; supervision; surveillance board; board of directors; board of managers; cable; committee; direction; management; supervision; wire
bescherming administration; control; guardianship; management; supervision; surveillance cover; data protection; patronage; protection; safety; security; shelter
bewaking administration; care; control; guardianship; management; monitoring; observation; supervision; surveillance; watch
controle access control; administration; care; control; guardianship; management; monitoring; observation; supervision; surveillance; watch composure; control; cool; examination; inspection; restraint; self-control
hoede administration; care; control; guardianship; management; monitoring; observation; supervision; surveillance; watch
kaartcontrole access control; surveillance
surveillance care; control; monitoring; observation; supervision; surveillance; watch
toezicht administration; control; guardianship; management; supervision; surveillance
zeggenschap administration; control; guardianship; management; supervision; surveillance control; guardianship; right of say; tutelage
zorg administration; control; guardianship; management; supervision; surveillance alarm; anxiety; care; concern; maintenance; nursing; provision; service; uneasiness; worry
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
voorhechtenis surveillance
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hoede alert; attentive; cautious; vigilant; watchful

Synoniemen voor "surveillance":

  • police work; police investigation

Verwante definities voor "surveillance":

  1. close observation of a person or group (usually by the police)1

Wiktionary: surveillance


Cross Translation:
FromToVia
surveillance opmerking; waarneming; inachtneming; naleving; observatie observationaction d’observer ce qui prescrire par quelque loi ou ce que l’on promettre à quelqu’un.
surveillance toezicht; bewaking surveillanceaction de surveiller.