Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. trog:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor trog (Nederlands) in het Engels

trog:

trog [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de trog (voedertrog; voederkrib)
    the trough; the feeding-trough; the food-trough

Vertaal Matrix voor trog:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
feeding-trough trog; voederkrib; voedertrog voederbak
food-trough trog; voederkrib; voedertrog
trough trog; voederkrib; voedertrog bak; etensbak; etensbakje; golfdal
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trough doorgaand; doorlopend

Verwante woorden van "trog":

  • troggen

Wiktionary: trog

trog
noun
  1. een langgerekte voederbak.
  2. een langgerekte, nauwe en diepe kloof in de zeebodem veroorzaakt door subductie van een tektonische plaat.
  3. een langgerekte uitstulping van een lagedrukgebied.
trog
noun
  1. a feeding trough for animals
  2. -

Cross Translation:
FromToVia
trog trough; manger auge — Traductions à trier suivant le sens