Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. uitslover:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uitslover (Nederlands) in het Engels

uitslover:

uitslover [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de uitslover
    the toady; the showboat; the show-off
    • toady [the ~] zelfstandig naamwoord
    • showboat [the ~] zelfstandig naamwoord
    • show-off [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor uitslover:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
show-off uitslover bluffer; druktemaker; opschepper; patser; pocher; zenuwlijder
showboat uitslover
toady uitslover likker; mooiprater; slijmerd; strooplikker; vleier; zoetekauw

Verwante woorden van "uitslover":

  • uitslovers

Wiktionary: uitslover

uitslover
noun
  1. one who shows off