Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. zelfvoldaanheid:
    • Wiktionary:
      zelfvoldaanheid → pride


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zelfvoldaanheid (Nederlands) in het Engels

zelfvoldaanheid: (*Woord en zin splitter gebruikt)


Wiktionary: zelfvoldaanheid

zelfvoldaanheid
noun
  1. sense of one's own worth, and abhorrence of what is beneath or unworthy of one