Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. aankondiger:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aankondiger (Nederlands) in het Engels

aankondiger:

aankondiger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de aankondiger (voorbode; voorloper; aanwijzing; voorteken)
    the forerunner; the harbinger; the herald

Vertaal Matrix voor aankondiger:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
forerunner aankondiger; aanwijzing; voorbode; voorloper; voorteken
harbinger aankondiger; aanwijzing; voorbode; voorloper; voorteken
herald aankondiger; aanwijzing; voorbode; voorloper; voorteken heraut
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
herald beginnen; inluiden; starten

Verwante woorden van "aankondiger":

  • aankondigers