Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. aanplanting:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aanplanting (Nederlands) in het Engels

aanplanting:

aanplanting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de aanplanting
    the planting
    • planting [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aanplanting:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
planting aanplanting aankweken; aanplant; aanplanten; beplanting; gewas; planten; poten; vegetatie

Wiktionary: aanplanting

aanplanting
noun
  1. large farm