Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bannen (Nederlands) in het Engels

bannen:

bannen werkwoord (ban, bant, bande, banden, geband)

  1. bannen (uitbannen; verbannen; verdrijven; )
    to banish; to expel; to ban; to ostracize; to exile; to repel; to drive out; to exorcize; to dispel; to drive away; to exorcise; to drive off; to ostracise
    • banish werkwoord (banishs, banished, banishing)
    • expel werkwoord (expels, expelled, expelling)
    • ban werkwoord (bans, banned, banning)
    • ostracize werkwoord, Amerikaans (ostracizes, ostracized, ostracizing)
    • exile werkwoord (exiles, exiled, exiling)
    • repel werkwoord (repels, repelled, repelling)
    • drive out werkwoord (drives out, drove out, driving out)
    • exorcize werkwoord, Amerikaans (exorcizes, exorcized, exorcizing)
    • dispel werkwoord (dispels, dispelled, dispelling)
    • drive away werkwoord (drives away, drove away, driving away)
    • exorcise werkwoord, Brits (exorcises, exorcised, exorcising)
    • drive off werkwoord (drives off, drove off, driving off)
    • ostracise werkwoord, Brits

Conjugations for bannen:

o.t.t.
  1. ban
  2. bant
  3. bant
  4. bannen
  5. bannen
  6. bannen
o.v.t.
  1. bande
  2. bande
  3. bande
  4. banden
  5. banden
  6. banden
v.t.t.
  1. heb geband
  2. hebt geband
  3. heeft geband
  4. hebben geband
  5. hebben geband
  6. hebben geband
v.v.t.
  1. had geband
  2. had geband
  3. had geband
  4. hadden geband
  5. hadden geband
  6. hadden geband
o.t.t.t.
  1. zal bannen
  2. zult bannen
  3. zal bannen
  4. zullen bannen
  5. zullen bannen
  6. zullen bannen
o.v.t.t.
  1. zou bannen
  2. zou bannen
  3. zou bannen
  4. zouden bannen
  5. zouden bannen
  6. zouden bannen
diversen
  1. ban!
  2. bant!
  3. geband
  4. bannende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bannen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ban ban; boycot; exportverbod; kerkban; uitvoerverbod; verbod
exile asielzoeker; balling; banneling; refugié; uitgewekene; verstotene; vluchteling
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ban bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen schorsen; suspenderen; verbieden
banish bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen uitwijzen
dispel bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen verdrijven; verjagen; wegdrijven; wegjagen
drive away bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen wegrijden
drive off bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
drive out bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
exile bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
exorcise bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
exorcize bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
expel bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen afscheiden; afvoeren; diskwalificeren; lozen; royeren; uitdrijven; uitscheiden; uitsluiten; uitstoten; uitwerpen; verdrijven; verjagen; wegdrijven; wegjagen
ostracise bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
ostracize bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen
repel bannen; bezweren; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; wegjagen

Verwante woorden van "bannen":


Wiktionary: bannen

bannen
verb
  1. to exile

bannen vorm van ban:

ban [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de ban (kerkban)
    the ban; the excommunication
  2. de ban (betoverende invloed)
    the under the spell

Vertaal Matrix voor ban:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ban ban; kerkban boycot; exportverbod; uitvoerverbod; verbod
excommunication ban; kerkban boycot
under the spell ban; betoverende invloed
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ban bannen; bezweren; schorsen; suspenderen; uitbannen; uitstoten; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verbieden; verdrijven; verjagen; wegjagen

Verwante woorden van "ban":


Wiktionary: ban

ban
noun
  1. something with magic power
  2. official order prohibiting some activity

Cross Translation:
FromToVia
ban anathema; ban; excommunication anathème — (christianisme) sentence de malédiction qui retrancher de la communion de l’Église.
ban territory; turf territoireétendue de terre plus ou moins précisément délimitée.