Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. bejegenen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bejegenen (Nederlands) in het Engels

bejegenen:

bejegenen werkwoord (bejegen, bejegent, bejegende, bejegenden, bejegend)

  1. bejegenen
    to treat; to handle
    • treat werkwoord (treats, treated, treating)
    • handle werkwoord (handles, handled, handling)

Conjugations for bejegenen:

o.t.t.
  1. bejegen
  2. bejegent
  3. bejegent
  4. bejegenen
  5. bejegenen
  6. bejegenen
o.v.t.
  1. bejegende
  2. bejegende
  3. bejegende
  4. bejegenden
  5. bejegenden
  6. bejegenden
v.t.t.
  1. heb bejegend
  2. hebt bejegend
  3. heeft bejegend
  4. hebben bejegend
  5. hebben bejegend
  6. hebben bejegend
v.v.t.
  1. had bejegend
  2. had bejegend
  3. had bejegend
  4. hadden bejegend
  5. hadden bejegend
  6. hadden bejegend
o.t.t.t.
  1. zal bejegenen
  2. zult bejegenen
  3. zal bejegenen
  4. zullen bejegenen
  5. zullen bejegenen
  6. zullen bejegenen
o.v.t.t.
  1. zou bejegenen
  2. zou bejegenen
  3. zou bejegenen
  4. zouden bejegenen
  5. zouden bejegenen
  6. zouden bejegenen
diversen
  1. bejegen!
  2. bejegent!
  3. bejegend
  4. bejegenend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bejegenen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
handle beugel; deurklink; deurkruk; draagbeugel; greep; handvat in de vorm van stok; heft; hengsel; ingang; kruk; oor; oor van een kopje; steel
treat feest; festijn; onthaal; ontvangst; partij; partijtje; party; traktatie
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
handle bejegenen behandelen; bezigen; gebruik maken van; gebruiken; hanteren; iets afhandelen; verhandelen; verkopen
treat bejegenen behandelen; feestelijk onthalen; fuiven; fêteren; onder behandeling nemen; trakteren; uitdelen; vergasten op; verzorgen

Wiktionary: bejegenen

bejegenen
verb
  1. iemand op een bepaalde wijze behandelen

Verwante vertalingen van bejegenen