Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. belasting:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor belasting (Nederlands) in het Engels

belasting:

belasting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de belasting (leges; kosten; heffing)
    the costs; the levy; the legal charges; the tax; the dues; the fee
    • costs [the ~] zelfstandig naamwoord
    • levy [the ~] zelfstandig naamwoord
    • legal charges [the ~] zelfstandig naamwoord
    • tax [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dues [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fee [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. de belasting (overheidsbelasting)
    the taxation; the taxes; the tax
    • taxation [the ~] zelfstandig naamwoord
    • taxes [the ~] zelfstandig naamwoord
    • tax [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. de belasting
    the tax
    • tax [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. de belasting
    the load
    – The maximum amount of activity that can be performed by a resource in a time period. 1
    • load [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor belasting:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
costs belasting; heffing; kosten; leges
dues belasting; heffing; kosten; leges
fee belasting; heffing; kosten; leges aanmeldingskosten; arbeidsloon; bezoldiging; gage; honorarium; inschrijfgeld; inschrijvingskosten; kostenvergoeding; loon; registratierecht; salaris; soldij; traktement; verdienste; vergoeding; wedde
legal charges belasting; heffing; kosten; leges
levy belasting; heffing; kosten; leges tarief
load belasting accumulatie; belading; bende; berg; drom; grote hoeveelheid; hinder; hoop; horde; lading; last; massa; menigte; moeite; opeenhoping; opeenstapeling; ophoping; overlast; overvloed; schare; soesa; stapel; vracht; vrachtgoed; vrachtje
tax belasting; heffing; kosten; leges; overheidsbelasting belastingen; heffingen
taxation belasting; overheidsbelasting
taxes belasting; overheidsbelasting belastingen; heffingen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
levy casseren
load beladen; bevrachten; bezwaren; geweer laden; gewicht toevoegen; inladen; laden; opladen elektriciteit; opnieuw laden; verzwaren; zwaarder maken
tax aanslaan; taxeren

Verwante woorden van "belasting":


Verwante definities voor "belasting":

  1. geld dat je aan het rijk moet geven voor algemene voorzieningen2
    • als je veel verdient, moet je veel belasting betalen2
  2. gewicht van een lading2
    • bij te zware belasting werkt de lift niet2
  3. taak die iemand moet uitvoeren2
    • elke dag huiswerk maken is een te grote belasting voor mij2

Wiktionary: belasting

belasting
noun
  1. door de wet gedwongen betaling aan de overheid zonder individuele tegenprestatie van die overheid
    • belastingtax
  2. de mate waarin een machine belast wordt ofwel het vermogen dat van de machine verlangt wordt door de aangesloten apparatuur
    • belastingload
belasting
noun
  1. the volume of work required to be performed
  2. money paid to government

Cross Translation:
FromToVia
belasting load LastMechanik: Kraft, die auf eine sich im Betrieb befindende Maschine wirkt
belasting tax; toll impôtcharge public, droit imposer sur certaines choses.
belasting tax; toll taxe — (vieilli) fixation faite officiellement du prix des denrées, des frais de justice, du port des lettres, etc.

Verwante vertalingen van belasting