Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bijval (Nederlands) in het Engels

bijval:

bijval [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de bijval (instemming)
    the endorsement; the approval; the acclaim; the assent; the finds general favour

Vertaal Matrix voor bijval:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acclaim bijval; instemming applaudiseren; applaus; handgeklap; klappen; open doekje; ovatie; toejuiching
approval bijval; instemming accoord; afspraak; akkoord; autorisatie; fiat; goedkeuring; goedkeuringsactiviteit; homologatie; instemming; machtiging; overeenkomst; regeling; schikking; toestemming; volmacht
assent bijval; instemming
endorsement bijval; instemming
finds general favour bijval; instemming
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acclaim bejubelen; toejuichen
assent bekrachtigen; bestempelen; certificeren; merken; waarmerken

Verwante woorden van "bijval":


Wiktionary: bijval


bijval vorm van bijvallen:

bijvallen werkwoord (val bij, valt bij, viel bij, vielen bij, bijgevallen)

  1. bijvallen (gelijk geven; steunen)
    to agree; to approve; to back up
    • agree werkwoord (agrees, agreed, agreeing)
    • approve werkwoord (approves, approved, approving)
    • back up werkwoord (backs up, backed up, backing up)
  2. bijvallen (instemmen; rugsteunen; steunen)
    to approve; to support; to agree; to back up; to shore
    • approve werkwoord (approves, approved, approving)
    • support werkwoord (supports, supported, supporting)
    • agree werkwoord (agrees, agreed, agreeing)
    • back up werkwoord (backs up, backed up, backing up)
    • shore werkwoord (shores, shored, shoring)

Conjugations for bijvallen:

o.t.t.
  1. val bij
  2. valt bij
  3. valt bij
  4. vallen bij
  5. vallen bij
  6. vallen bij
o.v.t.
  1. viel bij
  2. viel bij
  3. viel bij
  4. vielen bij
  5. vielen bij
  6. vielen bij
v.t.t.
  1. ben bijgevallen
  2. bent bijgevallen
  3. is bijgevallen
  4. zijn bijgevallen
  5. zijn bijgevallen
  6. zijn bijgevallen
v.v.t.
  1. was bijgevallen
  2. was bijgevallen
  3. was bijgevallen
  4. waren bijgevallen
  5. waren bijgevallen
  6. waren bijgevallen
o.t.t.t.
  1. zal bijvallen
  2. zult bijvallen
  3. zal bijvallen
  4. zullen bijvallen
  5. zullen bijvallen
  6. zullen bijvallen
o.v.t.t.
  1. zou bijvallen
  2. zou bijvallen
  3. zou bijvallen
  4. zouden bijvallen
  5. zouden bijvallen
  6. zouden bijvallen
diversen
  1. val bij!
  2. valt bij!
  3. bijgevallen
  4. bijvallend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bijvallen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
shore kaai; kade; oever; schoor; schraag; vaste grond; wal; waterkant
support aanhangen; aanmoedigen; aanmoediging; aansporen; aansporing; aanvuren; assistentie; bijstand; dienst; dienstbetoon; driepoot; gunst; houvast; hulpbetoon; kost; medewerking; onderbouwing; onderhoud; onderhoudsgeld; onderstel; ondersteuning; opwekking; poot; rugsteun; schoorbalk; schraagpijler; schuinse steunbalk; sokkel; staander; steun; steunbalk; stimulans; stimuleren; stut; stutbalk; support; toejuichen; voedsel; voet; voetstuk; zuilvoet
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agree bijvallen; gelijk geven; instemmen; rugsteunen; steunen accorderen; afspreken; congruent zijn; eens worden; goed vinden; jaknikken; kloppen; knikken; overeenkomen; overeenstemmen; toestaan; toestemmen
approve bijvallen; gelijk geven; instemmen; rugsteunen; steunen billijken; goedkeuren
back up bijvallen; gelijk geven; instemmen; rugsteunen; steunen assisteren; bijspringen; bijstaan; een back-up maken; helpen; ondersteunen; seconderen; weldoen
shore bijvallen; instemmen; rugsteunen; steunen dragen; ondersteunen; rugsteunen; schoren; schragen; steunen; stutten
support bijvallen; instemmen; rugsteunen; steunen aanmoedigen; activeren; behouden; bekrachtigen; bevestigen; bezegelen; bezielen; bijspringen; dragen; financieel steunen; financieren; goedkeuren; homologeren; in stand houden; meehelpen; met palen stutten; onderhouden; ondersteunen; oppeppen; opwekken; rugsteunen; schoren; schragen; steunen; stimuleren; stutten; van mening zijn; voorstaan
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agree akkoord; in orde; mee eens

Verwante woorden van "bijvallen":


Wiktionary: bijvallen

bijvallen
verb
  1. to agree as a second person