Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bodes (Nederlands) in het Engels

bodes:

bodes [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de bodes (bezorgers; koeriers; rondbrengers)
    the deliverers; the roundsmen; the delivery men
  2. de bodes (dienstbodes; meiden)
    the servants; the maids; the domestics; the domestic workers; the domestic helpers

Vertaal Matrix voor bodes:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
deliverers bezorgers; bodes; koeriers; rondbrengers uitreikers
delivery men bezorgers; bodes; koeriers; rondbrengers
domestic helpers bodes; dienstbodes; meiden
domestic workers bodes; dienstbodes; meiden
domestics bodes; dienstbodes; meiden
maids bodes; dienstbodes; meiden dienstboden; maagden; meiden
roundsmen bezorgers; bodes; koeriers; rondbrengers
servants bodes; dienstbodes; meiden bediening; besturing; dienaars; dienaressen; dienstboden; employees; huishoudelijke hulp; huispersoneel; meiden; onderdanen; werknemers

Verwante woorden van "bodes":


bode:

bode [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de bode (rondbrenger; bezorger; besteller; koerier)
    the courier; the carrier; the delivery-man; the messenger
  2. de bode (postbode; bezorger; brievenbesteller; besteller)
    the postman; the delivery-man; the courier; the mailman; the carrier

Vertaal Matrix voor bode:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
carrier besteller; bezorger; bode; brievenbesteller; koerier; postbode; rondbrenger boodschappentas; draagstel; mobiel netwerk; mobiele provider; vervoerder; vrachtvaarder; winkeltas
courier besteller; bezorger; bode; brievenbesteller; koerier; postbode; rondbrenger boodschappenjongen; exprespost; gemeentebode; ijlbode; koerier; loopjongen; renbode
delivery-man besteller; bezorger; bode; brievenbesteller; koerier; postbode; rondbrenger
mailman besteller; bezorger; bode; brievenbesteller; postbode
messenger besteller; bezorger; bode; koerier; rondbrenger boodschapper; exprespost; koerier
postman besteller; bezorger; bode; brievenbesteller; postbode

Verwante woorden van "bode":


Wiktionary: bode

bode
noun
  1. iemand die gezonden wordt om een bericht, dienst, voorwerp enz. af te leveren

Cross Translation:
FromToVia
bode beadle; usher; verger; apparitor appariteurhuissier d’une faculté.
bode beadle; usher; verger; apparitor bedeauemployé laïc d’église, préposé au service matériel et à l’ordre, qui a pour insigne une verge ou canne et pour fonction principale de marcher devant les ecclésiastiques, devant les quêteurs, etc., et de leur faire ouvrir passage.