Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. dialoog:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor dialoog (Nederlands) in het Engels

dialoog:

dialoog [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de dialoog (samenspraak; tweegesprek; tweespraak)
    the dialogue; the dialog; the conversation

Vertaal Matrix voor dialoog:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
conversation dialoog; samenspraak; tweegesprek; tweespraak conversatie; discussie; gesprek; mondeling onderhoud; onderhoud; samenspraak
dialog dialoog; samenspraak; tweegesprek; tweespraak
dialogue dialoog; samenspraak; tweegesprek; tweespraak gesprek; onderhoud; samenspraak

Verwante woorden van "dialoog":


Wiktionary: dialoog

dialoog
noun
  1. communicatie|nld gesprek tussen twee of meer personen
dialoog
noun
  1. literary form resembling a conversation
  2. verbal part of a literary or dramatic work
  3. conversation or other discourse between individuals

Cross Translation:
FromToVia
dialoog dialogue dialogueconversation, entre deux ou plusieurs personnes.