Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. dompelen in:
  2. indompelen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor dompelen in (Nederlands) in het Engels

dompelen in:

dompelen in werkwoord

  1. dompelen in (onderdompelen; indompelen)
    to immerse; to plunge in; dip in
    • immerse werkwoord (immerses, immersed, immersing)
    • plunge in werkwoord (plunges in, plunged in, plunging in)
    • dip in werkwoord

Vertaal Matrix voor dompelen in:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dip in indompelen; indopen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dip in dompelen in; indompelen; onderdompelen indopen
immerse dompelen in; indompelen; onderdompelen dompelen; onderdompelen; onderduwen
plunge in dompelen in; indompelen; onderdompelen

dompelen in vorm van indompelen:

indompelen werkwoord (dompel in, dompelt in, dompelde in, dompelden in, ingedompeld)

  1. indompelen (dompelen in; onderdompelen)
    to immerse; to plunge in; dip in
    • immerse werkwoord (immerses, immersed, immersing)
    • plunge in werkwoord (plunges in, plunged in, plunging in)
    • dip in werkwoord

Conjugations for indompelen:

o.t.t.
  1. dompel in
  2. dompelt in
  3. dompelt in
  4. dompelen in
  5. dompelen in
  6. dompelen in
o.v.t.
  1. dompelde in
  2. dompelde in
  3. dompelde in
  4. dompelden in
  5. dompelden in
  6. dompelden in
v.t.t.
  1. heb ingedompeld
  2. hebt ingedompeld
  3. heeft ingedompeld
  4. hebben ingedompeld
  5. hebben ingedompeld
  6. hebben ingedompeld
v.v.t.
  1. had ingedompeld
  2. had ingedompeld
  3. had ingedompeld
  4. hadden ingedompeld
  5. hadden ingedompeld
  6. hadden ingedompeld
o.t.t.t.
  1. zal indompelen
  2. zult indompelen
  3. zal indompelen
  4. zullen indompelen
  5. zullen indompelen
  6. zullen indompelen
o.v.t.t.
  1. zou indompelen
  2. zou indompelen
  3. zou indompelen
  4. zouden indompelen
  5. zouden indompelen
  6. zouden indompelen
en verder
  1. ben ingedompeld
  2. bent ingedompeld
  3. is ingedompeld
  4. zijn ingedompeld
  5. zijn ingedompeld
  6. zijn ingedompeld
diversen
  1. dompel in!
  2. dompelt in!
  3. ingedompeld
  4. indompelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

indompelen [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. indompelen (indopen)
    the dip in
    • dip in [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor indompelen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dip in indompelen; indopen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dip in dompelen in; indompelen; onderdompelen indopen
immerse dompelen in; indompelen; onderdompelen dompelen; onderdompelen; onderduwen
plunge in dompelen in; indompelen; onderdompelen

Verwante vertalingen van dompelen in