Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. extra:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor extra:
    • in addition, additional


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor extra (Nederlands) in het Engels

extra:

extra bijvoeglijk naamwoord

  1. extra (toegevoegd)
    specially added; extra
  2. extra (meer; aanvullend)
    – nog iets erbij, een grotere hoeveelheid dan gewoonlijk 1
    extra; additional
    – further or added 2
    • extra bijvoeglijk naamwoord
      • need extra help2
      • an extra pair of shoes2
    • additional bijvoeglijk naamwoord
      • called for additional troops2

Vertaal Matrix voor extra:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
extra aanhangsel; aanvulling; addendum; appendix; bijvoegsel; figurant; figurante; supplement; toegift; toevoeging; toevoegsel; voordeel
- meer
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
additional aanvullend; extra; meer
extra aanvullend; extra; meer
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
extra extra; toegevoegd
specially added extra; toegevoegd

Synoniemen voor "extra":


Antoniemen van "extra":


Verwante definities voor "extra":

  1. onverwacht en anders dan normaal1
    • we krijgen af en toe een extraatje van de baas1
  2. nog iets erbij, een grotere hoeveelheid dan gewoonlijk1
    • hij kreeg extra zakgeld1

Wiktionary: extra

extra
adverb
  1. to an extraordinary degree
adjective
  1. supplementary or subsidiary
noun
  1. gratuity

Cross Translation:
FromToVia
extra additional; extra; supplementary additionnel — Qui est ajouté.
extra extra; supplementary; another; one more; further; additional; bonus supplémentaire — Qui sert de supplément, qui s’ajouter.

Verwante vertalingen van extra