Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. geslachtsdelen:
  2. geslachtsdeel:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor geslachtsdelen (Nederlands) in het Engels

geslachtsdelen:

geslachtsdelen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de geslachtsdelen (genitaliën; geslachtsorganen; schaamdelen)
    the genitals; the sexual organs; the privy parts; the genital parts; the private parts

Vertaal Matrix voor geslachtsdelen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
genital parts genitaliën; geslachtsdelen; geslachtsorganen; schaamdelen
genitals genitaliën; geslachtsdelen; geslachtsorganen; schaamdelen
private parts genitaliën; geslachtsdelen; geslachtsorganen; schaamdelen
privy parts genitaliën; geslachtsdelen; geslachtsorganen; schaamdelen
sexual organs genitaliën; geslachtsdelen; geslachtsorganen; schaamdelen

Verwante woorden van "geslachtsdelen":


geslachtsdeel:

geslachtsdeel [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het geslachtsdeel (geslachtsorgaan; schaamdeel)
    the genitalia; the sexual organ

Vertaal Matrix voor geslachtsdeel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
genitalia geslachtsdeel; geslachtsorgaan; schaamdeel
sexual organ geslachtsdeel; geslachtsorgaan; schaamdeel

Verwante woorden van "geslachtsdeel":


Wiktionary: geslachtsdeel

geslachtsdeel
noun
  1. elk lichaamsdeel dat wordt gerekend tot de voortplantingsorganen, zoals bij de man de penis en de teelballen