Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. het:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor het (Nederlands) in het Engels

het:

het

  1. het

Vertaal Matrix voor het:

Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
it er; er mee eens; er naar toe
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
it het
the het de
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
the de

Verwante definities voor "het":

  1. derde persoon enkelvoud, onzijdige vorm1
    • het regent al dagen1

Wiktionary: het

het
pronoun
  1. 3e persoon enkelvoud onzijdig
    • hetit
  2. bepaald lidwoord
het
adjective
  1. a single, unspecified thing
en-pron
  1. subject of impersonal statement
  2. object
  3. subject — inanimate thing
article
  1. article
  2. used as an alternative to a possessive pronoun before body parts
  3. stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention
  4. with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”
  5. with a superlative
  6. used with the name of a member of a class to refer to all things in that class

Cross Translation:
FromToVia
het it esPersonalpronomen 3. Person Neutrum Singular
het him; her; it le — Pronom masculin singulier accusatif de la troisième personne

Verwante vertalingen van het