Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. iets aanwijzen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor iets aanwijzen (Nederlands) in het Engels

iets aanwijzen:

iets aanwijzen werkwoord

  1. iets aanwijzen (aanduiden; indiceren; aangeven; wijzen)
    to indicate; to point out; to define; to pinpoint; to point to; to show; to point
    • indicate werkwoord (indicates, indicated, indicating)
    • point out werkwoord (points out, pointed out, pointing out)
    • define werkwoord (defines, defined, defining)
    • pinpoint werkwoord (pinpoints, pinpointed, pinpointing)
    • point to werkwoord (points to, pointed out, pointing out)
    • show werkwoord (shows, showed, showing)
    • point werkwoord (points, pointed, pointing)

Vertaal Matrix voor iets aanwijzen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
point point; pointe; punt
show demonstratie; expositie; happening; laten zien; opvoering; parade; performance; show; staatsie; tentoonstelling; toneelavond; uiterlijk vertoon; uitstalling; vertoning; voorstelling
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
define aanduiden; aangeven; iets aanwijzen; indiceren; wijzen afbakenen; afpalen; afzetten; begrenzen; bepalen; beschrijven; definiëren; karakteriseren; kenmerken; kenschetsen; mededelen; nader omschrijven; omlijnen; omschrijven; preciseren; typeren; uiteenzetten; verhalen; vertellen; zeggen
indicate aanduiden; aangeven; iets aanwijzen; indiceren; wijzen attenderen; bewust maken; duiden op; informeren; kennisgeven van; wijzen; wijzen naar; wijzen op; zeggen
pinpoint aanduiden; aangeven; iets aanwijzen; indiceren; wijzen
point aanduiden; aangeven; iets aanwijzen; indiceren; wijzen aanwijzen; attenderen; spitsen; wijzen; wijzen naar
point out aanduiden; aangeven; iets aanwijzen; indiceren; wijzen attenderen; bewust maken; informeren; kennisgeven van; wijzen; zeggen
point to aanduiden; aangeven; iets aanwijzen; indiceren; wijzen duiden op; wijzen op
show aanduiden; aangeven; iets aanwijzen; indiceren; wijzen attenderen; etaleren; exposeren; getuigen van; laten blijken; laten zien; openbaren; presenteren; te voorschijn halen; tentoonstellen; tevoorschijn brengen; tevoorschijn halen; tevoorschijnhalen; tevoorschijntoveren; tonen; uitstallen; vertonen; voor de dag halen; voordedaghalen; wijzen; wijzen naar; zich uiten

Verwante vertalingen van iets aanwijzen