Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. immers:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor immers (Nederlands) in het Engels

immers:

immers bijvoeglijk naamwoord

  1. immers
    after all; since; anyhow; because of

Vertaal Matrix voor immers:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
after all immers per slot van rekening
anyhow immers althans; desalniettemin; desondanks; doch; echter; evengoed; evenwel; hoe dan ook; maar; niettegenstaande; niettemin; nochtans; sowieso; toch
- namelijk
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
- want
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
since sedert; sindsdien
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
because of immers als gevolg van; door; ingevolge; om; ten gevolge van; vanwege; wegens
since immers aangezien; daar; eertijds; nadien; omdat; sedert; sinds; sinds die tijd; sindsdien; vanaf het moment dat; vermits; voorheen; voormaals; vroeger

Synoniemen voor "immers":


Verwante definities voor "immers":

  1. toch zeker1
    • ik heb het je immers beloofd!1
  2. er wordt een reden of argument genoemd1
    • zout is gezond, alle mensen hebben immers zout nodig1