Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. inspreken:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor inspreken (Nederlands) in het Engels

inspreken:

inspreken werkwoord (spreek in, spreekt in, sprak in, spraken in, ingesproken)

  1. inspreken (opnemen)
    to record
    • record werkwoord (records, recorded, recording)

Conjugations for inspreken:

o.t.t.
  1. spreek in
  2. spreekt in
  3. spreekt in
  4. spreken in
  5. spreken in
  6. spreken in
o.v.t.
  1. sprak in
  2. sprak in
  3. sprak in
  4. spraken in
  5. spraken in
  6. spraken in
v.t.t.
  1. heb ingesproken
  2. hebt ingesproken
  3. heeft ingesproken
  4. hebben ingesproken
  5. hebben ingesproken
  6. hebben ingesproken
v.v.t.
  1. had ingesproken
  2. had ingesproken
  3. had ingesproken
  4. hadden ingesproken
  5. hadden ingesproken
  6. hadden ingesproken
o.t.t.t.
  1. zal inspreken
  2. zult inspreken
  3. zal inspreken
  4. zullen inspreken
  5. zullen inspreken
  6. zullen inspreken
o.v.t.t.
  1. zou inspreken
  2. zou inspreken
  3. zou inspreken
  4. zouden inspreken
  5. zouden inspreken
  6. zouden inspreken
en verder
  1. is ingesproken
diversen
  1. spreek in!
  2. spreekt in!
  3. ingesproken
  4. insprekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor inspreken:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
record album; elpee; grammofoon; grammofoonplaat; l.p.; langspeelplaat; lijst; lijst van gegevens; lp; opgaaf; opgave; optekening; overzicht; plaat; rapport; record; reportage; schijf; staat; staatje; verhaal; verslag; weergave
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
record inspreken; opnemen aantekenen; boeken; boekstaven; noteren; onthouden; op schrift stellen; opnemen; opschrijven; opslaan; optekenen; registreren; te boek stellen; vastleggen

Verwante vertalingen van inspreken