Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. kwijt raken:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kwijt raken (Nederlands) in het Engels

kwijt raken:

kwijt raken werkwoord (raak kwijt, raakt kwijt, raakte kwijt, raakten kwijt, kwijt geraakt)

  1. kwijt raken (verliezen)
    to lose
    • lose werkwoord (loses, lost, losing)

Conjugations for kwijt raken:

o.t.t.
  1. raak kwijt
  2. raakt kwijt
  3. raakt kwijt
  4. raken kwijt
  5. raken kwijt
  6. raken kwijt
o.v.t.
  1. raakte kwijt
  2. raakte kwijt
  3. raakte kwijt
  4. raakten kwijt
  5. raakten kwijt
  6. raakten kwijt
v.t.t.
  1. ben kwijt geraakt
  2. bent kwijt geraakt
  3. is kwijt geraakt
  4. zijn kwijt geraakt
  5. zijn kwijt geraakt
  6. zijn kwijt geraakt
v.v.t.
  1. was kwijt geraakt
  2. was kwijt geraakt
  3. was kwijt geraakt
  4. waren kwijt geraakt
  5. waren kwijt geraakt
  6. waren kwijt geraakt
o.t.t.t.
  1. zal kwijt raken
  2. zult kwijt raken
  3. zal kwijt raken
  4. zullen kwijt raken
  5. zullen kwijt raken
  6. zullen kwijt raken
o.v.t.t.
  1. zou kwijt raken
  2. zou kwijt raken
  3. zou kwijt raken
  4. zouden kwijt raken
  5. zouden kwijt raken
  6. zouden kwijt raken
diversen
  1. raak kwijt!
  2. raakt kwijt!
  3. kwijt geraakt
  4. kwijt rakend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor kwijt raken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lose kwijt raken; verliezen erbij inschieten; kwijtraken; missen; verbeuren; vergokken; vergooien; verliezen; verloren gaan; vermissen; verspelen; wegmaken; wegraken; zoek maken; zoekmaken

Wiktionary: kwijt raken

kwijt raken
verb
  1. to remove

Verwante vertalingen van kwijt raken