Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. legitimeren:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor legitimeren (Nederlands) in het Engels

legitimeren:

legitimeren werkwoord (legitimeer, legitimeert, legitimeerde, legitimeerden, gelegitimeerd)

  1. legitimeren
    to identify; to prove identity
    • identify werkwoord (identifies, indentified, identifying)
    • prove identity werkwoord (proves identity, proved identity, proving identity)

Conjugations for legitimeren:

o.t.t.
  1. legitimeer
  2. legitimeert
  3. legitimeert
  4. legitimeren
  5. legitimeren
  6. legitimeren
o.v.t.
  1. legitimeerde
  2. legitimeerde
  3. legitimeerde
  4. legitimeerden
  5. legitimeerden
  6. legitimeerden
v.t.t.
  1. heb gelegitimeerd
  2. hebt gelegitimeerd
  3. heeft gelegitimeerd
  4. hebben gelegitimeerd
  5. hebben gelegitimeerd
  6. hebben gelegitimeerd
v.v.t.
  1. had gelegitimeerd
  2. had gelegitimeerd
  3. had gelegitimeerd
  4. hadden gelegitimeerd
  5. hadden gelegitimeerd
  6. hadden gelegitimeerd
o.t.t.t.
  1. zal legitimeren
  2. zult legitimeren
  3. zal legitimeren
  4. zullen legitimeren
  5. zullen legitimeren
  6. zullen legitimeren
o.v.t.t.
  1. zou legitimeren
  2. zou legitimeren
  3. zou legitimeren
  4. zouden legitimeren
  5. zouden legitimeren
  6. zouden legitimeren
en verder
  1. ben gelegitimeerd
  2. bent gelegitimeerd
  3. is gelegitimeerd
  4. zijn gelegitimeerd
  5. zijn gelegitimeerd
  6. zijn gelegitimeerd
diversen
  1. legitimeer!
  2. legitimeert!
  3. gelegitimeerd
  4. legitimerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor legitimeren:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
identify legitimeren bepalen; bestemmen; constateren; determineren; herkennen; identificeren; identiteit vaststellen; vaststellen; vereenzelvigen
prove identity legitimeren

Wiktionary: legitimeren

legitimeren
verb
  1. to make legitimate