Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. levensgezellin:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor levensgezellin (Nederlands) in het Engels

levensgezellin:

levensgezellin [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de levensgezellin
    the life companion; the spouse
    the wife
    – a married woman; a man's partner in marriage 1
    • wife [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor levensgezellin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
life companion levensgezellin echtgenoot; echtgenote; eega; gade; levensgezel; levenspartner; man; partner; vrouw
spouse levensgezellin echtgenoot; echtgenote; eega; gade; levensgezel; levenspartner; man; partner; vrouw
wife levensgezellin echtgenote; gade; gemalin; vrouw; wijf

Verwante woorden van "levensgezellin":

  • levensgezellinnen