Overzicht
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. meesterschap:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor meesterschap (Nederlands) in het Engels

meesterschap:

meesterschap [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het meesterschap
    the mastery; the mastership

Vertaal Matrix voor meesterschap:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mastership meesterschap
mastery meesterschap autoriteit; gezag; heerschappij; macht

Wiktionary: meesterschap

meesterschap